Minister Van Engelshoven vindt dat het inrichten en functioneren van opleidingscommissies voor medezeggenschap een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van zowel studenten als hogeronderwijsinstellingen en dat het democratisch gehalte ervan niet in het geding komt. Dat zegt de minister in antwoord op vragen van SP-Kamerlid Futselaar over het bericht dat studenten weinig gebruik maken van inspraak. Dit meldt de Tweede Kamer.
NOG
'Functioneren van medezeggenschap gezamenlijke verantwoordelijkheid'
-Het ISO, LSVb en de SP hadden aangegeven zich zorgen te maken over de opleidingscommissies die stduenten meer inspraak zouden moeten geven. Verkiezingen voor opleidingscommissies vinden weinig plaats, een groot deel van de opleidingscommissieleden is onbekend met een belangrijk aantal nieuwe advies- en instemmingsbevoegdheden en een aanzienlijk deel van de opleidingscommissies krijgt nog steeds geen volledige ambtelijke ondersteuning, aldus de partijen.
Van Engelshoven geeft aan dat dit in de eerste plaats een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de instellingen en van de studenten en medewerkers is. Ze is het niet eens met de SP, ISO en LSVb dat het democratisch gehalte van opleidingscommissies in het geding is, want: “Wanneer op een instelling, in samenspraak met zowel de facultaire medezeggenschap als de opleidingscommissie zelf, het besluit wordt genomen om geen verkiezingen te houden worden hiermee de democratische spelregels die op een instelling gelden nageleefd.”
Wel roept de minister de instellingen op om bekendheid te geven over de bevoegdheden van en aan de medezeggenschap en om zorg te dragen voor voorzieningen en scholing van opleidingscommissies.
De minister gaf al eerder aan dat de Wet versterking bestuurskracht in 2020/2021 geëvalueerd gaat worden om zo eventuele knelpunten te benoemen en te verbeteren.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids