Het percentage vrouwen dat na hun middelbare schoolcarrière het onderwijs in wil daalt steeds verder. Sinds het leenstelsel in 2015 werd ingevoerd kiezen steeds meer vrouwen met een havo-diploma voor een opleiding met betere salarisperspectieven. Dit meldt de Algemene Onderwijsbond.
Het hbo groeit als geheel al jaren, waardoor absoluut gezien de lagere interesse voor studies met slechtere salarisperspectieven wel meevalt. Relatief gezien is er echter wel een duidelijke daling zichtbaar, zo vertelt Bas Karreman, universitair hoofddocent economie aan de Erasmus Universiteit: “Relatief gezien, als percentage van het totaal aantal meisjes met een havo-diploma, worden banen met een lager verwacht salaris, zoals bijvoorbeeld in het onderwijs en de zorg, sindsdien minder gekozen.” Met sindsdien doelt hij op de invoering van het leenstelsel. “Bij vrouwen met een havo-diploma is er blijkbaar een extra inhaalslag om het salaris zwaarder te laten wegen bij de studiekeuze.”
Beter salaris
Het leenstelsel, dat volgens Karreman in de basis een eerlijker systeem is dan de basisbeurs, leidt dus tot een verschuiving in de studiekeuze omdat salarisperspectieven een grotere rol gaan spelen; er moet immers een schuld afbetaald worden. Hierdoor kiezen relatief minder mensen voor opleidingen in het onderwijs of de zorg. Volgens Karreman is dit een argument om de salarissen in het onderwijs en de zorg structureel te verhogen. “De zorg is natuurlijk belangrijk en daar lijkt nu veel draagvlak om de salarissen te verhogen. Maar ook onderwijs is een belangrijk terrein om in te investeren, want we weten één ding zeker: investeren in onderwijs rendeert enorm”, aldus Karreman. “Het is heel simpel: wanneer je geen diploma hebt, is het moeilijk om aan een baan te komen. Dat maakt goed onderwijs zo belangrijk voor het verdienvermogen van Nederland.”
Door: Nationale Onderwijsgids