Wanneer je erop gaat letten, kom je er al spoedig achter dat bijna elke dag van het jaar in het teken staat van een bepaald bewustwordingsthema. Deze dagen zijn grofweg te verdelen in twee categorieën: de sympathiserende en de demonstrerende categorie. En inderdaad, dat zijn twee uitersten. Net zoals de vaak hilarische programmering van de ‘dagen van/voor…’ of de ‘dagen tegen…’. Zo ondergingen we de afgelopen weken bijvoorbeeld op een haast schizofrene manier de Dag van de Liefdadigheid naast de Dag van de Scheiding. Ontliepen de Dag van het Vrouwencondoom en de Dag tegen Hondsdolheid zich nauwelijks. En ging de Dag van de Digitale Communicatie vooraf aan de Week - die bestaan ook - tegen Pesten.
Op 5 oktober, de dag na Dierendag, vieren we de Dag van de Leraar. Een bijzondere dag voor de mensen die werkzaam zijn in het onderwijs die reeds vele decennia geleden gestalte kreeg. Al lag de datum in het verleden niet altijd vast op hetzelfde moment. Leraren worden op deze dag in maar liefst 21 landen tegelijkertijd op diverse manieren in het zonnetje gezet voor het delen van hun kennis, het aanleren van vaardigheden en het helpen realiseren van het universele recht op onderwijs. Een serieuze functie, die voor de meeste docenten gelukkig een vanzelfsprekendheid is die echter nooit gebagatelliseerd mag worden. Het besef dat het aanbieden van onderwijs in veel landen nog altijd geen vanzelfsprekendheid is, zet aan tot nadenken en bewijst dat het al een cadeautje is om te mogen participeren in een dynamische beroepsgroep waarin opvolgende generaties zichzelf mógen en kunnen ontplooien op een manier die bij ze past.
Wanneer we deze traditie van het figuurlijk ontvangen van zonnetjes en het letterlijk ontvangen van een stuk vlaai nader bekijken, dan denk ik dat we een belangrijk punt vergeten. Het onderwijs bestaat immers uit een opgelegde, sociale wisselwerking van vraag en aanbod, waarin de leraar het recht heeft om te delen. De leerlingen hebben daarentegen juist de plicht om te mogen profiteren van deze prachtige gelegenheid. Een feit waar we te weinig bij stilstaan. De tijd van onderdanig aanhoren hoe een leraar zijn cognitieve bagage aan de man probeert te brengen door het eenzijdig uitbraken van kennis, is inmiddels verleden tijd. Er is meer ruimte gekomen voor interactie. Een gegeven dat motiveert en stimuleert, voor beide partijen. Dat leerlingen tegenwoordig steeds meer medezeggenschap krijgen op allerlei (rand)gebieden in het onderwijsgebeuren, zoals bijvoorbeeld zitting nemen in de leerlingenraad, het evalueren van diverse onderwijszaken, het organiseren van evenementen zoals sportdagen en schoolfeesten en zelfs bij sollicitatiegesprekken aanwezig mogen zijn, is een verrijking waar we serieus mee om dienen te gaan. Het toont een wederzijdse betrokkenheid voor de school als organisatie en het biedt erkenning aan alle partijen, iets wat kan resulteren in een gezonde verstandhouding en dito klimaat in school.
Aan de hand van dit gegeven pleit ik er dan ook voor om in plaats van de Dag van de Leraar te kiezen voor een gezamenlijke Dag van de Leraar en zijn Leerling(en), waarbij niet alleen de leraar maar ook de leerlingen op 5 oktober centraal staan in het figuurlijke herfstzonnetje. Een leraar is namelijk nergens zonder zijn leerlingen. En vica versa. Dit zal wellicht zorgen voor een gesynthetiseerd geheel, waarbij waarden en normen als basis dienen voor het belangrijke wederzijdse respect en inleving in het onderwijs. En dat is voor nu én de toekomst op zo’n dag de mooiste en meest waardevolle waardering die men kan krijgen.
© Nationale Onderwijsgids / Pascal Cuijpers