Dit betoogt Ruben Fukkink, bijzonder hoogleraar Kinderopvang en educatieve voorzieningen voor het jonge kind bij de UvA, in zijn oratie. Volgens hem gaat er in de kinderopvang momenteel te veel aandacht naar problemen en verandering en te weinig naar oplossingen en verbetering. 

 

De stimulering van de brede ontwikkeling van jongen kinderen is onvoldoende in Nederland, zo blijkt uit recente kwaliteitspeilingen over de pedagogische kwaliteit van alle typen kinderopvang. Daarnaast is er een zwak aanbod van activiteiten en materiaal. Toch biedt Nederlands wetenschappelijk onderzoek bruikbare handvatten om de pedagogische kwaliteit van de kinderopvang te verbeteren. Zo blijkt uit onderzoek bijvoorbeeld dat niet elke training effectief is. In de praktijk, zo stelt Fukkink, is echter te zien dat verbetering wordt nagejaagd door het inzetten van programma’s waarvan de effectiviteit niet bewezen is. Evaluatie speelt hierbij een ondergeschikte rol. Dat is de reden, aldus Fukkink, dat er de laatste jaren onvoldoende kennisaccumulatie is geweest over effectieve aanpakken, ondanks het feit dat er grote investeringen in allerlei trainingen worden gedaan. 

 

Het evalueren van aanpakken volgens wetenschappelijke maatstaven is echter vereist, betoogt Fukkink, als de kinderopvang jonge kinderen gericht wil stimuleren in hun sociaal-emotionele ontwikkeling, hun taalontwikkeling en diverse andere ontwikkelingsdomeinen. Onderzoek moet daarnaast duidelijk maken hoe de kinderopvang zelf effectief haar pedagogische kwaliteit kan verbeteren. Door bijvoorbeeld het verbeteren van de beroepsopleiding en in de nascholing. 

 

Fukkink houdt op 17 september om 16.00 zijn oratie 'Werken aan pedagogische kwaliteit' in de aula van de Oude Lutherse Kerk (Singel 411, 1012 XM) te Amsterdam. Toegang is vrij. 

 

© Nationale Onderwijsgids