Op 18 maart begint De Week van de Lentekriebels: een projectweek voor het speciaal en basisonderwijs, in het leven geroepen door kenniscentrum Rutgers en de GGD’en in ons land. Hoe praat je met kinderen onder de 12 jaar over seks en relaties? Elsbeth Reitzema, projectleider basisonderwijs bij Rutgers, over het belang van de projectweek, de nieuwsgierigheid van kinderen, en het soms toch lichte ongemak van leraren en ouders als het gaat om seksuele voorlichting:
Praatjes over baby’s en ooievaars, die zijn anno 2019 wel passé. Kinderen willen graag het échte verhaal horen, weet Elsbeth Reitzema, en hebben recht op de juiste informatie. Ze werkt al ruim vijftien jaar aan voorlichtingsmateriaal over seksualiteit en relaties – twaalf daarvan bij Rutgers, een kenniscentrum dat lesmateriaal en leerprojecten over seksualiteit ontwikkelt. ‘De Week van de Lentekriebels’, bijvoorbeeld. Een nationale projectweek voor het speciaal- en basisonderwijs met kleurrijke lessen over seksualiteit, weerbaarheid en relaties.
Het gaat goed in Nederland, vindt ze. In het basis- en speciaal onderwijs zijn er heel veel scholen die, zoals het hoort, seksuele voorlichting geven. De kinderen luisteren er graag naar en zijn erg nieuwsgierig. Naar het ‘wat’, vooral, legt ze uit. In de kleuterklas naar het verschil tussen jongens en meisjes, bijvoorbeeld; in groep 7 en 8 naar wat seks nou eigenlijk is. Niet omdat ze dat al willen doen, maar omdat ze het gewoon graag willen weten. “Het is bij kinderen onder de twaalf jaar meer een voorbereiding óp”, aldus Reitzema. “Het gaat nog niet echt over het ‘hoe’. Dat is echt meer voor jongeren op de middelbare school.”
Week van de Lentekriebels: Ik wil het weten
Het thema van de projectweek is dit jaar ‘Ik wil het weten - heb je me alles al verteld?’ Het uitgangspunt is de nieuwsgierigheid van de kinderen, die eindeloos veel vragen blijken te hebben over de bloemetjes en de bijtjes. “We werken veel samen met de Kindertelefoon en we weten dat verreweg de meeste vragen die daar gesteld worden gaan over seksualiteit”, aldus Reitzema. “We willen inspringen op de vragen van kinderen. Zo hebben we een ‘vragenbox’ voor scholen, waar kinderen anoniem een vraag in kunnen stoppen. Zo weten de leraren welke vragen er leven, en kunnen ze in de lessen daarop inspelen.”
Opening van de Week van de Lentekriebels waarbij kinderen het Lentekriebellied zingen (beeld: Rutgers)
Scholen kunnen voor de projectweek gebruik maken van het lesmateriaal dat Rutgers heeft ontwikkeld, en raden de scholen aan om tijdens de projectweek in ieder geval één les per dag te doen. Het lespakket, ‘Kriebels in je buik’, is voor groep 1 tot en met groep 8, en volgt de seksuele ontwikkeling van kinderen naargelang hun leeftijd. “Leraren denken soms dat ze teveel vertellen”, aldus Reitzema, “maar zolang je goed aansluit bij de seksuele ontwikkeling van het kind is dat niet echt nodig. Als een kind er nog niet aan toe is, dan gaat de informatie het ene oor in en het andere oor uit. Je moet wel kijken of het passend is voor het kind. Je gaat een kleuter natuurlijk niet iets vertellen over porno.”
Seksuele voorlichting: spannend voor kinderen en docenten
Seksuele voorlichting is niet alleen spannend voor de leerlingen; zeker de leraren die voor het eerst seksuele voorlichting moeten geven kunnen een beetje zenuwachtig zijn, weet Reitzema. “Vaak weten volwassenen niet hoe ze moeten beginnen met seksuele voorlichting, en daar kunnen ze dan ook mee op weg geholpen worden. Zo geven de GGD’en trainingen aan de scholen, waarbij ze de leraren kunnen ondersteunen bij het implementeren van de relationele en seksuele voorlichting. Leraren moeten soms leren om een soort knop in hun hoofd om te zetten, en zich realiseren dat een kind een heel ander kader heeft. Kinderen hebben nog geen seksuele gevoelens zoals volwassenen dat hebben, dat komt pas in de puberteit. Als leerkrachten eenmaal hebben ervaren wat de reactie van kinderen is dan wordt het wel gemakkelijker.”
Enige reserve kan er bij de ouders natuurlijk ook zijn – omdat ze zelf vroeger geen seksuele voorlichting hebben gehad, misschien, of niet weten hoe en wanneer ze daarover moeten praten met hun kinderen. “We merken inderdaad dat ouders het soms lastig vinden, en dat kinderen thuis dan niet veel te horen krijgen. Daarom zetten we ook in op het onderwijs, wat betreft de voorlichting. Ouders moeten wel door de school betrokken worden als deze lessen gegeven gaan worden. Zij willen namelijk graag weten waar de lessen over gaan. Zo kunnen ze er thuis ook op inspelen en hebben ze de gelegenheid om hun eigen visie, hun eigen normen en waarden mee te geven aan het kind.”
Les uit het lespakket Kriebels in je buik bij de kleuters. De les heet ‘Bij ons thuis’ en gaat over verschillende gezinssamenstellingen en gewoonten (beeld: Rutgers)
“We raden de scholen aan een ouderavond te organiseren voordat ze met de lessen of projectweek beginnen”, vervolgt Reitzema. “Daarin wordt ook de seksuele ontwikkeling van kinderen meegenomen, zodat duidelijk wordt dat daar rekening mee wordt gehouden.” Op het eind van de projectweek is er nog een kans om de ouders te betrekken bij de projectweek – door middel van een theatervoorstelling, bijvoorbeeld, of via een oudertentoonstelling.
Grenzen
De aandacht voor grensoverschrijdend gedrag is er altijd wel geweest in de voorlichting, vertelt Reitzema. Maar, de MeToo-beweging heeft de scholen nog wel bewuster gemaakt van het belang ervan. “Je wilt dat kinderen leren dat ze ook ‘nee’ mogen zeggen, dat hun lijf van hun is. Dat geldt zelfs voor kusjes van oma, bijvoorbeeld. Als kinderen dat niet prettig vinden dan mogen ze dat kenbaar maken en daarin ook hun grenzen aangeven. Dat leren we ze al op een hele jonge leeftijd. De weerbaarheidslessen worden in elke groep verder uitgediept: in groep 8 komt bijvoorbeeld seksueel misbruik aan de orde.”
Even vanzelfsprekend is de aandacht voor internet en sociale media. “Daar zoomen we natuurlijk ook op in, vanaf groep 7 en 8. Leraren leggen dan uit wat porno is, bijvoorbeeld. Kinderen kunnen zoiets bedoeld of onbedoeld tegenkomen, en dan is het goed voor ze om te weten dat het voor volwassenen bedoeld is.” Ook ‘sexting’ komt in de betreffende groepen al aan bod.
Les in groep 8 ‘Grensoverschrijdend gedrag’ over wensen en grenzen (beeld: Rutgers)
Seksuele voorlichting in het speciaal onderwijs
Ook in het speciaal onderwijs wordt seksuele voorlichting verzorgd, vanzelfsprekend op een passende manier. De lessen zijn korter, meer gericht op herhaling, en de stof is simpeler. Het kan een grote uitdaging zijn voor docenten. “Sommige kinderen zijn bijvoorbeeld 12 jaar, maar hebben het denkniveau van een kleuter”, aldus Reitzema. “Toch moet je ze uitleggen dat hun lichaam zich verder ontwikkelt. Maar, als zij net als andere jonge kinderen goed les krijgen over hun lichaam, over de puberteit en over relaties en seksualiteit, dan zijn ze zowel nu als later beter in staat verantwoorde keuzes te maken. Ieder kind heeft recht op betrouwbare informatie die past bij hun leefwereld of ontwikkelingsfase. Elk kind heeft vragen over zijn of haar lijf, over het verschil tussen jongens en meisjes, de puberteit, verliefd worden en relaties aangaan. Daarnaast worden ze ook op andere manieren met seksualiteit geconfronteerd, bijvoorbeeld via de media. De lessen relationele en seksuele vorming sluiten daarbij aan. Het doel van deze lessen is dat ze beter hun wensen en grenzen kunnen aangeven, dat ze opener leren praten over seksualiteit, meer vragen durven stellen en natuurlijk dat hun kennis wordt vergroot.”
De Week van de Lentekriebels is een prachtig moment voor scholen om relationele en seksuele vorming te geven, benadrukt Reitzema, maar ze hoopt dat het daar niet bij blijft. “We zien graag dat scholen de Week van de Lentekriebels als startpunt nemen en dat ze daarna het hele schooljaar aandacht blijven geven aan relaties, seksualiteit en alles wat daarbij komt kijken.”
De Week van de Lentekriebels is een nationale projectweek voor het speciaal- en basisonderwijs en vindt plaats van 18 tot en met 22 maart 2019. Deelnemende scholen geven een week lang les over weerbaarheid, relaties en seksualiteit. De projectweek helpt om deze thema’s structureel in het schoolplan op te nemen. Meer informatie is te vinden op www.rutgers.nl en www.seksuelevoorlichting.nl.
© Nationale Onderwijsgids / Karst Tjoelker
Beeld: Rutgers