Normal_geslaagd_afgestudeerd_slagen_diploma

Veel Nederlandse masterstudenten vinden zichzelf onvoldoende voorbereid op het vinden van de juiste baan. Dat blijkt uit onderzoek van recruitmentplatform Business Talent Network (BTN) onder ruim duizend studenten. Bijna vier op de tien studenten die een master volgen, geven zichzelf een 5 of lager als het aankomt op de voorbereiding op het vinden van de juiste baan. Slechts één op de vijf kent zichzelf een 8 of hoger toe.

Studenten van de Erasmus Universiteit voelen zich het best voorbereid op het vinden van werk: zij geven zichzelf gemiddeld een 6,5. Onderaan bungelen studenten van de Universiteit Leiden met een 5,3. Opvallend is dat mannen zich significant beter voorbereid voelen dan vrouwen (6,2 tegenover 5,6). Vrouwelijke studenten, blijkt uit het onderzoek, weten minder goed waar ze moeten zoeken naar een baan. Zo zegt de helft niet te weten waar ze moeten beginnen. Bij mannen ligt dit met 38 procent aanzienlijk lager.

Voorts komt uit het onderzoek naar voren dat een groot deel van de masterstudenten (44,7 procent) een traineeship verkiest boven een startersfunctie. De meeste studenten (62 procent) gaan ervan uit één tot drie jaar bij hun eerste werkgever te zullen blijven. Een opmerkelijke uitkomst is ook dat studenten die stagelopen, zo goed als geen last hebben van discriminatie. Slechts 3 procent heeft daar weleens mee te maken. Frustraties onder stagiaires zijn vooral dat ze onderbetaald worden (41 procent) en slechte begeleiding krijgen (31 procent).

Multinationals zijn de populairste werkgevers onder studenten. Ruim zes op de tien deelnemers aan het onderzoek zouden daar graag een baan vinden. Multinationals zijn vooral populair onder studenten van Nyenrode en Tilburg University. Eén op de vijf studenten wil als zelfstandige aan de slag. Masterstudenten geven aan doorgroeimogelijkheden verreweg het belangrijkste te vinden bij hun toekomstige baan (79 procent noemt dit als eerste prioriteit), op afstand gevolgd door salaris (45 procent) en flexibiliteit (39 procent).

© Nationale Onderwijsgids