Normal_unterricht

Het aantal kinderen dat op de basisschool een klas overslaat is in de laatste vier jaar toegenomen. Uit cijfers van de Onderwijsinspectie blijkt dat in 2012 6,4 procent van de kinderen een klas oversloeg, dat zijn ongeveer 12 duizend leerlingen. In 2008 lag het percentage nog op 4 procent. Volgens deskundigen stijgt het aantal snelle doorstromers door het ‘excellentie-denken’ in het onderwijs. Dit meldt Trouw.

“Sinds een jaar of vijf zie ik dat basisscholen steeds minder terughoudend zijn om kinderen een klas te laten overslaan”, zegt onderwijspsycholoog Lianne Hoogeveen. Zij is directeur van het Centrum voor Begaafdheidsonderzoek van de Radboud Universiteit in Nijmegen. “Toen uit internationaal onderzoek bleek dat onze slechte leerlingen het relatief goed doen en onze goede leerlingen het relatief slecht, zijn wij veel meer aandacht gaan besteden aan excellentie”.

Ook de PO Raad ziet de toename van doorstromers in het primair onderwijs. “We kijken nu naar kinderen op een veel individueler niveau. Niet ‘de klas’ maar ‘het kind’ gaat over. Dat is een gevolg van het opbrengstgericht onderwijs, waar we de laatste vier, vijf jaar intensief mee bezig zijn. We gaan daar ook verder mee door”, aldus een woordvoerder.

Sommige scholen zijn nog wel terughoudend in het laten doorstromen van een kind. De reden is dan de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. “De problemen ontstaan als de klasgenootjes in de puberteit raken en het snel lerende kind nog niet”, zegt bijvoorbeeld Gerry van Ewijk, directeur van De Starter in Groningen. “Je kunt het kind beter in de klas extra lessen aanbieden.” Het zouden vooral de (hoogopgeleide) ouders zijn die erop aandringen dat hun kind een klas overslaat.

Ontwikkelingspsycholoog Hoogeveen vindt dat scholen deze terughoudendheid moeten laten varen. “Er is niets mis mee. Natuurlijk moet je goed naar het kind kijken. Maar een kind dat cognitief vooruit is, kan vaak ook sociaal en emotioneel met oudere kinderen beter meekomen.

© Nationale Onderwijsgids