67 procent van de leerkrachten/mentoren en 59 procent van de intern begeleiders/zorgcoördinatoren ervaart nu meer bureaucratie dan voor de invoering van passend onderwijs. Slechts minder dan 5 procent van de ondervraagde onderwijsprofessionals vindt dat er sprake is van een afname. Dat blijkt uit de vervolgmeting ervaren bureaucratie passend onderwijs. Dat meldt de Algemene Vereniging Schoolleiders.
Een van de doelstelling van het passend onderwijs is het terugdringen van de bureaucratie. In het voorjaar van 2014, voor de invoering van de Wet Passend onderwijs, heeft het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO) opdracht gegeven om een aantal nulmetingen passend onderwijs uit te voeren. Een van deze metingen betrof een nulmeting ervaren bureaucratie in relatie tot leerlingenzorg.
De AVS geeft aan dat uit de resultaten blijkt dat de ervaren bureaucratie vergelijkbaar is met de situatie voor de invoering van passend onderwijs. Zo worden de administratieve en overlegtaken rond de leerlingenzorg in beide gevallen als behoorlijk tijdrovend ervaren. De taken worden ook als nuttig en niet erg ingewikkeld ervaren. De onderwijsprofessionals geven aan dat de administratieve taken meer tijd kosten dan de overlegtaken. Nieuwe taken rond de leerlingenzorg blijken ze relatief ingewikkeld te vinden.
Voor het vervolgonderzoek is een eenmeting uitgezet die bestond uit twee deelonderzoeken: een onderzoek naar de ervaren bureaucratie op scholen voor primair, voortgezet en speciaal onderwijs en een onderzoek naar de ervaren bureaucratie bij ouders van leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften. De vervolgmeting is uitgevoerd door het Kohnstamm Instituut. De hele rapport over de meting is hier te lezen.
© Nationale Onderwijsgids
