Het kabinet en de MBO Raad hebben een principeakkoord bereikt over een toekomstbestendig middelbaar beroepsonderwijs. Doel van de afspraken is verbetering van de kwaliteit van het onderwijs aan mbo-studenten, zodat zij meer worden uitgedaagd en beter worden voorbereid op wat de regionale arbeidsmarkt van hen vraagt. Het bedrag dat hiervoor beschikbaar is loopt op tot €272 miljoen in 2017.
Belangrijk uitgangspunt is dat mbo- scholen meer ruimte krijgen om op maat maatregelen te nemen om tot beter onderwijs te komen. Het kabinet kiest voor een resultaatafhankelijk budget: voor scholen die goed presteren of hun niveau weten te verhogen is extra geld beschikbaar. Dat moet meer mogelijkheden opleveren tot eigen ontwikkeling en doorgroeimogelijkheden van mbo-leraren, betere kwaliteit van stages, meer aandacht voor toptalent en minder voortijdig schoolverlaters in het beroepsonderwijs.
Volgens minister Bussemaker is het belangrijk om met de scholen afspraken te maken over verbetering van de kwaliteit van het mbo-onderwijs: “Onze economie heeft veel verschillende vakmensen nodig, van verplegers tot elektrotechnici, van restaurateurs tot game-ontwikkelaars. De sterke dynamiek van de arbeidsmarkt vraagt van hen dat ze flexibel inzetbaar zijn en over de juiste vaardigheden beschikken. Maar ook dat ze zich blijven ontwikkelen, hun leven lang blijven leren. Dat kan alleen met innovatief en uitdagend beroepsonderwijs van hoge kwaliteit en met leraren die hun vak verstaan,” aldus Bussemaker.