Woensdag 16 november zetten de Willem van Oranjeschool en Kentalis in Kampen hun handtekening voor Passend onderwijs aan kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Beide onderwijsorganisaties willen leerlingen met een TOS, die extra ondersteuning nodig hebben, een plek bieden binnen het reguliere onderwijs. Dit meldt Kentalis.
Het initiatief van de de Willem van Oranjeschool en Kentalis sluit aan bij het idee van Passend onderwijs: de overheid wil voortaan dat leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben zoveel mogelijk naar een reguliere school gaan. Alléén als het niet anders kan, wordt een leerling naar het speciaal onderwijs doorverwezen. De samenwerking biedt ook kansen voor de huidige leerlingen: doordat de expertise gedeeld wordt tussen regulier en speciaal onderwijs profiteren alle leerlingen van deze samenwerking.
Niet alleen de leerlingen krijgen extra ondersteuning in de klas; ook de leerkrachten krijgen via ‘co-teaching’ meer inzicht in de problematiek en leren hoe les te geven aan leerlingen met een TOS. Zo wordt de expertise van het speciaal en regulier onderwijs uitgewisseld.
Vijf procent van de bevolking heeft TOS, in de hersenen van deze leerlingen wordt taal minder goed verwerkt. Met extra hulp kunnen leerlingen met TOS goed meekomen. “Als veel mensen praten, dan botst zoveel in mijn hoofd.” Zo legt een jongen met TOS uit wat hij heeft. In de hersenen van mensen met TOS lopen de verbindingen tussen hersengebieden anders. Daardoor hebben ze bijvoorbeeld moeite met het onthouden en leren van woorden of klanken. Nog te vaak wordt TOS verward met dyslexie, stotteren, een algemene taalachterstand of autisme.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
