Gisteren zijn de universiteitsbibliotheken en studieplekken weer open gegaan voor alle studenten. Dat betekent dat studenten weer samen kunnen studeren op de campus. Sinds afgelopen maandag mogen studenten ook weer één dag per week naar de universiteit komen om fysiek onderwijs te volgen. Dit meldt de Vereniging van Universiteiten (VSNU).
Pieter Duisenberg, voorzitter van de VSNU, is blij dat de universiteitsbibliotheken nu ook weer open kunnen: “Ik zie bij studenten om mij heen ook duidelijk dat samen studeren beter en fijner studeren is. Het is een belangrijke stap dat studenten weer echt op de universiteit kunnen komen en andere studenten kunnen ontmoeten.”
Fysiek onderwijs
Door de versoepeling van de coronamaatregelen op universiteiten kunnen studenten nu weer één dag in de week fysiek onderwijs volgen, zij het op anderhalve meter afstand. Hierdoor is de situatie nu weer gelijk aan die van het najaar van 2020. Kleine werkcolleges kunnen weer op de universiteit plaatsvinden, terwijl grote hoorcolleges nog wel online gebeuren. Universiteiten proberen dit logistiek zo goed mogelijk in te richten. Op sommige universiteiten zijn afgelopen maandag direct alweer fysieke colleges gegeven, terwijl andere universiteiten eerst het studieblok afmaken en in mei beginnen met fysiek onderwijs. Vanaf gisteren mogen studenten dus ook weer op de studieplekken op de campus studeren.
Anderhalve meter
In de huidige situatie, waarin studenten en docenten anderhalve meter afstand moeten houden, verwachten universiteiten zo’n 20 tot 30 procent van hun fysieke capaciteit te kunnen gebruiken voor onderwijs. Duisenberg hoopt dat het studiejaar 2021-2022 weer een normaal studiejaar wordt, waarin de afstandsregels losgelaten kunnen worden: “In het belang van het welzijn van onze studenten vragen we het kabinet hier zo spoedig mogelijk duidelijkheid over te verschaffen. Universiteiten bereiden zich alvast voor op dit scenario.”
Door: Nationale Onderwijsgids