Het aangepaste systeem voor het plaatsen van Amsterdamse leerlingen in het voortgezet onderwijs lijkt het beter te doen dan zijn voorganger. Meer kinderen dan vorig jaar mogen het komende schooljaar naar de middelbare school van hun eerste keuze. Gisteren kregen alle scholieren de uitslag van de matching te horen. Dit meldt Parool.
Voor een groot deel van de leerlingen pakte het nieuwe systeem goed uit. Ruim 80 procent van de leerlingen kan naar de school van zijn of haar eerste keus en 97 procent wordt geplaatst op een school binnen de eigen top vijf. Een groep van zo'n 165 kinderen komt echter op een school terecht die onderaan hun lijstje staat. Toch is Osvo, de scholenkoepel verantwoordelijk voor de uitvoering van het plaatsingssysteem, tevreden: “Je ziet het liefst iedereen op zijn nummer één, maar dat kan nu eenmaal niet”.
Vorig jaar ontstond veel ophef over het matchingsysteem dat ter vervanging van de loting van leerlingen werd ingevoerd. Veel leerlingen kwamen toen niet op hun voorkeursschool terecht. Osvo paste daarop het systeem aan. In het nieuwe systeem stellen leerlingen, net als voorheen, een ranglijst samen met de scholen van hun voorkeur. Alle leerlingen krijgen een lotnummer. Zij worden vervolgens door de computer op volgorde van hun lotnummer geplaatst op de eerste school uit hun ranglijst waar plek is. In dit systeem komen meer leerlingen op de school van hun eerste keus terecht. De kans om op een school buiten de eigen top vijf te belanden is echter ook groter.
Dit jaar moesten er 7453 achtstegroepers een plek krijgen op een middelbare school in Amsterdam. Er zijn ruim 10.000 plekken beschikbaar in het Amsterdamse voortgezet onderwijs maar de scholen verschillen sterk in populariteit. Voor sommige scholen komen dan ook veel meer aanmeldingen binnen dan er plek is waardoor loting of matching nodig is.
© Nationale Onderwijsgids