Normal_school_kinderen_basisschool

DEN HAAG (Novum) - Rijke schoolbesturen moeten het geld dat ze te veel hebben opgespaard alsnog inzetten voor goed onderwijs. Dat schrijft minister van Onderwijs Marja van Bijsterveldt (CDA) vrijdag in een brief aan de Tweede Kamer.

Uit onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs blijkt dat 93 van de 214 schoolbesturen in het basisonderwijs een hogere financiële reserve hebben dan nodig is. Het gaat om een totaalbedrag van 136 miljoen euro. In het voortgezet onderwijs hebben zeventien van de 82 scholen een extra reserve. Daar gaat het om zo'n 46 miljoen in totaal.

Volgens Van Bijsterveldt moet geld daar terechtkomen waar het voor bedoeld is. "Namelijk goed onderwijs", laat ze in een reactie weten. "Dat vraagt om financiële deskundigheid van schoolbestuurders zelf, maar ook van hun raden van toezicht." Met de schoolbesturen is afgesproken dat het geld alsnog naar de klas gaat.

De Algemene Onderwijsbond (AOb) ziet een langgekoesterde wens in vervulling gaan. De bond lobbyt al sinds 2008 om het spaargeld van de besturen in te zetten. "Zeker in het begin vielen schoolbestuurders massaal over ons heen", aldus AOb-voorzitter Walter Dresscher. "Het heeft lang geduurd, maar ik ben blij dat de minister alsnog ingaat op ons pleidooi."