In Nederland krijgt iets meer dan de helft van de kinderen op de basisschool les in een vreemde taal. Meestal leren ze Engels. Daarmee loopt het vreemde taalonderwijs op de basisschool flink achter op het Europees gemiddelde, zo blijkt uit cijfers van het Europese statistiekbureau Eurostat. Gemiddeld leert 82 procent van de kinderen in het primair onderwijs een buitenlandse taal. Dit meldt het Parool.
Alleen Portugal, België en Slovenië scoren nog lager dan Nederland. In landen als Oostenrijk, Italië, Spanje, Frankrijk en Polen leren bijna alle kinderen al op de basisschool een andere taal. De Nederlandse overheid besteedt sindsenige tijd meer aandacht aan tweetalig onderwijs op de basisschool. Zo wil staatssecretaris Dekker basisscholen de keuze geven om tot 15 procent van het onderwijs in het Engels, Frans of Duits aan te bieden. Op dit moment loopt er een pilot met tweetalig onderwijs op 12 basisscholen.
In het voortgezet onderwijs scoort Nederland stukken beter. Daar leert bijna 97 procent van de leerlingen een of meer vreemde talen. Engels is in de onderbouw van het voortgezet onderwijs verplicht. Daarnaast krijgt bijna 58 procent Franse les en meer dan de helft Duits. Minder dan twee procent van de leerlingen heeft Spaans in het vakkenpakket.
© Nationale Onderwijsgids
