(Novum) - De overheid moet overvolle klassen bestrijden door wettelijk vast te leggen dat er niet meer dan 24 leerlingen in een klas mogen zitten. Dat is de strekking van het burgerinitiatief 'Stop de overvolle klassen' waarover de Tweede Kamer woensdag debatteert.
Met ruim 45 duizend handtekeningen hebben de initiatiefnemers, een groep bezorgde leraren, ruimschoots de eis van veertigduizend handtekeningen gehaald, waarmee het onderwerp automatisch op de politieke agenda van de Tweede Kamer komt. Ze mogen het burgerinitiatief woensdagmorgen toelichten in de Tweede Kamer, waarna staatssecretaris van Onderwijs Sander Dekker (VVD) in debat treedt met de Kamer.
Volgens de bezorgde leraren lijdt de kwaliteit van het onderwijs onder de overvolle klassen. "Klassen van dertig tot 36 leerlingen zijn al lang geen uitzonderingen meer", zegt Peter Althuizen, een van de initiatiefnemers en voorzitter van de vakbond Leraren in Actie. "Wij willen dat het maximum aantal leerlingen met ingang van volgend schooljaar teruggaat naar 28 en daarna stapsgewijs in drie jaar wordt afgebouwd naar 24 leerlingen."
De plannen kunnen in elk geval rekenen op sympathie van D66, GroenLinks, CDA. SP en PVV gaan een stap verder en willen ook daadwerkelijk dat een maximum aantal leerlingen per klas in de wet wordt verankerd.
"Klassen met dertig tot 36 leerlingen: dat is echt niet meer te managen," zegt PVV-Kamerlid Harm Beertema. "Wil je echt een kwaliteitsverbetering maken dan kom je uit op klassen van zestien of minder. Maar daar is het geld gewoon niet voor, daarom willen wij een plafond van 27 leerlingen aanhouden."
De SP gaat daarin nog een stap verder. "Ik ben al bezig met een wetsvoorstel om de klassengrootte geleidelijk naar beneden te krijgen", zegt SP-Kamerlid Jasper van Dijk. "Dit voorstel ga ik daarom ronduit steunen. De grote vraag is echter of wij de coalitie mee krijgen."
Staatssecretaris Dekker heeft eerder echter al laten weten niets te voelen voor het stellen van grenzen aan de groepsgrootte. En ook de PvdA zegt bij monde van een woordvoerder niet voor een wettelijke norm vanuit Den Haag te zijn.
Politici luisteren niet naar de experts uit het veld. In dit geval de leraren. Waarom makkelijk doen als het moeilijk kan. Korte termijn politiek die op de lange termijn veel geld gaat kosten, maar ze willen het maar niet zien. Triest een frustrerend tegelijk.