CNV Onderwijs roept demissionair onderwijsministers Paul en Dijkgraaf per brief op om met een financiële regeling te komen voor onderwijs en kinderopvang. Leerkrachten, docenten en ander onderwijs- en kinderopvangpersoneel die post-COVID opliepen hebben in veel gevallen hun baan verloren. Zij kunnen na maximaal twee jaar ziektewet niet meer aan het werk en leven nu op bijstandsniveau. Inmiddels is wel duidelijk dat de risico’s die het onderwijspersoneel liep tijdens de pandemie veel groter waren dan het “normaal maatschappelijk risico”. Dat meldt CNV Onderwijs.
CNV bestuurslid Onderwijs Daniëlle Woestenberg: ”Daar hoort dan ook erkenning en een fatsoenlijke compensatie bij. Er werd tijdens de pandemie veel van onderwijs en opvang medewerkers gevraagd, mensen hebben met alle onzekerheden een stap naar voren gedaan. Zonder deugdelijke bescherming en later ook zonder voorrang bij vaccinaties. Dat deden ze omdat we dat als maatschappij nodig hadden en van hen vroegen. Hen nu aan hun lot overlaten is volkomen unfair en een verkeerd signaal naar mogelijke crises in de toekomst.”
Post-COVID regeling
Donderdag 23 mei bleek uit een reconstructie van het SD dat de overheid vooral niet te veel geld aan een post-COVID regeling voor de zorg wilde uitgeven en bang was dat ook personeel uit onderwijs en kinderopvang een regeling zou verlangen. Door de sectorale regeling voor de zorg lijkt een interdepartementale brede regeling nu van de baan. Woestenberg: "Het is pijnlijk, onterecht en oneerlijk om louter uit financiële motieven mensen uit andere cruciale sectoren aan hun lot over te laten. Meerdere malen heeft CNV gevraagd om een compensatieregeling voor het hele onderwijs. De scholen moesten destijds deels open blijven om de samenleving niet verder te ontwrichten en de kinderopvang moest open voor kinderen van ouders uit cruciale beroepen, waaronder de zorg. Personeel in het onderwijs zou "normaal maatschappelijk risico" lopen, maar zo was het niet. Kinderen bleken wel degelijk besmettelijk, ondanks dat eerst werd volgehouden dat ze dat niet waren. Het aantal fijne virusdeeltjes in de lucht was aanzienlijk hoger, want de ventilatie in schoolgebouwen is slechter dan in een normaal kantoor.
Anderhalve meter in het onderwijs
De anderhalve meter maatregel is ondoenlijk in het onderwijs en al helemaal in het speciaal onderwijs of bij jonge kinderen. Het onderwijs werd zelfs volledig geopend in 2021 terwijl een deel van de medewerkers niet eens gevaccineerd was. Want het onderwijs kreeg geen voorrang bij vaccinatie en zelfs niet eens de gevraagde FFP-mondmaskers. Het onderwijs kreeg wel testen. Daardoor weet iedereen zeker dat er veel zieken waren, constant. Personeel in het onderwijs en kinderopvang heeft wel degelijk extra risico gelopen. Omdat maatschappelijk werd gehecht aan continuïteit van onderwijs en aan opvang van de kinderen van de werknemers in de zorg. Met reden. Maar wel over de rug en gezondheid van de werknemers."
Door: Nationale Onderwijsgids