DEN HAAG - SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan presenteerde vanochtend het SER-advies over de Strategische Agenda Hoger Onderwijs aan de Vaste Kamercommissie voor Onderwijs.

De boodschap van dit advies is dat talent beter moet worden benut en dat er, op termijn, meer moeten worden geïnvesteerd in het hoger onderwijs om de kwaliteit ervan te verhogen en de Nederlandse ambitie waar te kunnen maken.

Staatssecretaris Zijlstra van OCW heeft al laten weten het advies grotendeels over te nemen. Hij zal op 26 september in de Tweede Kamer de Strategische Agenda komen toelichten. 

Een punt waar de SER verschilt met de staatssecretaris betreft de hoogte van de uitgaven aan het hoger onderwijs, zei Rinnooy Kan op een vraag van Sander de Rouwe (CDA). Als Nederland zijn ambitie wil waarmaken zal er op termijn meer geld naar het hoger onderwijs moeten. Het Kamerlid vroeg zich ook af hoe de oproep van de SER te schrappen in het aantal opleidingen te rijmen is met het pleidooi voor een veelzijdig onderwijsaanbod. Rinnooy Kan gaf aan dat er met name in het HBO nogal wat opleidingen zijn die niet zoveel van elkaar verschillen, maar toch een andere naam hebben. De SER vindt het verstandig deze opleidingen te clusteren (met een breed begin van de opleiding), zodat studenten makkelijker kunnen kiezen en werkgevers beter de waarde van een opleiding kunnen inschatten. 

Het PvdA-Kamerlid Tanja Jadnanansing wilde weten waarom de SER pleit voor selectie aan de poort en voegde daaraan toe dat de PvdA tegen selectie is. Rinnooy Kan benadrukte selectie op een positieve manier te willen benaderen, het gaat erom de juiste student op de juiste plaats te krijgen. Dat is goed voor het studierendement, omdat het minder studie-uitval tot gevolg zal hebben.

Het CDA-Kamerlid De Rouwe merkte op dat veel docenten zich opgejaagd voelen door prestatie-indicatoren. Rinnooy Kan begreep die zorg goed. De nadruk op onderzoekprestaties is belangrijk, maar de universiteiten moeten ook ruimte hebben om onderwijsprestaties te waarderen. Dit soort zaken kan niet vanuit Den Haag worden geregeld. Onderwijsinstellingen en docenten hebben hierbij een eigen verantwoordelijkheid. 

Het PvdA-Kamerlid Jadnanansing uitte haar bezorgdheid over het toekomstbeeld dat het onderwijs zich alleen nog maar door winst zou laten leiden. Rinnooy Kan gaf aan dat ook het georganiseerde bedrijfsleven erkent dat er meer is dan het economische belang alleen. Hij benadrukte het belang van alpha- en gammastudies, ook voor innovatie en waarschuwde voor het doorschieten in het denken in termen van topgebieden.

© Nationale Onderwijsgids