Leerlingen van meer dan 1700 basisscholen zijn dinsdag buiten te vinden waar zij één of meerdere lessen volgen. Ze doen dat op de tweede Nationale Buitenlesdag die Jantje Beton en het Instituut voor Natuureducatie en Duurzaamheid (IVN) organiseren.
Het aantal deelnemers is fors gestegen: vorig jaar deden er 135 scholen mee. Nu is het ongeveer een kwart van alle ruim 6500 basisscholen en een enkele school voor voortgezet onderwijs en een mbo.
Leerkrachten willen zelf graag veel meer lessen in de buitenlucht geven, blijkt uit onderzoek door de organisatie. Kinderen brengen ongeveer 40 procent van hun 'wakkere' tijd door op school. En daarvan zitten ze 99,5 procent veelal in het klaslokaal en slechts 0,5 procent buiten. Leerkrachten geven aan dat ze het liefst een kwart van de lessen buiten willen geven.
Door buitenlessen worden leerlingen meer uitgedaagd om hun zintuigen te gebruiken, meer te bewegen en samen te werken. Frisse buitenlucht en daglicht zijn sowieso goed voor het welzijn en daarmee het leervermogen.
Alle lessen kunnen buiten worden gegeven, dus niet alleen natuurlessen. ,,Juist rekenen of taallessen kunnen anders worden vormgegeven, alleen al door om je heen te kijken. Zo kun je lantaarnpalen zien als cilinders of dingen benoemen in het Engels'', zegt een woordvoerster van het IVN.
De grootste belemmering voor onderwijs buiten is dat bijna al het lesmateriaal bestemd is voor binnen. Het kost leerkrachten veel tijd om buitenlessen te maken, aldus de woordvoerster. Daarom is er nu een lesbundel gemaakt, zodat het hele jaar door meer les in de buitenlucht mogelijk is.
Door: ANP
