De Europese Unie en de Verenigde Staten hebben in een gezamenlijke verklaring gezegd dat publieke diensten als onderwijs en gezondheidszorg buiten het vrijhandelsverdrag TTIP vallen. Begin februari waarschuwden universiteiten al voor het TTIP-verdrag, dat nationale wetten en regels aan de kant schuift om Amerikaanse en Europese bedrijven onbelemmerd toegang te geven tot elkaars markt. Dit meldt Hoger Onderwijs.
De Verenigde Staten en de Europese Unie onderhandelen nog over een nieuw verdrag dat vrijhandel tussen de beide machtsblokken makkelijker moet maken. Het idee achter de vrijhandelsverdragen is dat het wegnemen van onnodige belemmeringen economische groei en banen oplevert. Hoger Onderwijs stelt dat universiteiten en hogescholen het vrijhandelsverdrag niet hoeven te vrezen. Universiteiten pleiten eerder al over een uitzondering in de TTIP voor hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.
Het verdrag werd bespreken in het tv-programma Zondag met Lubach. Presentator Lubach legt het TTIP bondig uit: “Straks mogen bedrijven overheden aanklagen als ze vasthouden aan nationale wetten en regels die hun handel belemmeren. Over die internationale arbitragezaken heeft de Nederlandse rechter niets te zeggen.” Michael Froman, Amerikaanse ambassadeur van handel en Cecilia Malmström, Eurocommissaris voor handel, verklaren dat nationale regelingen nog steeds het laatste woord houden over publieke diensten en kwaliteitseisen. Overheden zouden ook zelf mogen bepalen wat ze tot hun publieke diensten rekenen.
© Nationale Onderwijsgids
