Het aandeel werkenden met een flexibele arbeidsrelatie (flexwerkers) en zelfstandigen zonder personeel (zzp'ers) is sterk toegenomen. In Nederland is het aandeel werknemers met een tijdelijk contract de laatste tien jaar sneller gegroeid dan in de meeste andere Europese landen. Nederland staat nu in de top drie van landen in de EU-15, achter Spanje en Portugal. Dat blijkt uit het rapport 'Dynamiek op de Nederlandse Arbeidsmarkt' van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en onderzoeksbureau TNO, zo meldt het CBS.
Het aandeel Nederlanders dat een flexibele arbeidsrelatie heeft is in de afgelopen tien jaar gestegen van 15 procent naar 22 procent van de arbeidsmarkt. Het percentage zzp'ers nam in die periode met 4 procentpunt toe tot 12. Van de werknemers die een flexcontract krijgen, heeft na drie jaar ruim één op de drie een vaste baan. In de grote steden is het aantal flexwerkers het grootst. Werknemers in Utrecht, Noord-Brabant en Gelderland hebben een grotere kans op vast werk dan werknemers in andere provincies.
Werknemers die meerdere banen combineren vanuit een behoefte aan persoonlijke ontwikkeling of afwisseling, zijn tevredener, bevlogener en beter inzetbaar dan werknemers met één baan, concluderen CBS en TNO. Werknemers die banen combineren uit pure financiële noodzaak hebben daarentegen vaker burn-outverschijnselen, zijn minder tevreden, minder bevlogen en zijn minder goed inzetbaar dan werkenden die één baan hebben.