Minister Slob van Onderwijs is vorige week op bezoek geweest bij drie middelbare scholen in Zeeland. Hij ging onder andere langs bij het Calvijn College Klein Frankrijk in Goes. Daar volgen scholieren de vakhavo, die zich specifiek richt op het technisch talent van leerlingen. Dit meldt Reformatorisch Dagblad.
Het Calvijn College startte in 2016 als eerste school in Zeeland een pilot met de vakhavo. Leerlingen krijgen vier dagen per week regulier onderwijs en één dag praktijkonderricht. In het vierde jaar lopen ze een halfjaar één dag in de week stage bij een bedrijf in de omgeving. In ruil voor het praktijkvak mogen de leerlingen een ander vak laten vallen, zelfs als deze wettelijk verplicht is. Dit is mogelijk omdat het Calvijn College meedoet aan het landelijke experiment ‘regelluwe scholen’.
Voor technisch begaafde leerlingen voor wie de reguliere havo niet goed past, is de vakhavo een mooie oplossing. Ook het bedrijfsleven profiteert van het initiatief: er ontstaat steeds meer behoefte aan technisch geschoold personeel in zowel theorie als praktijk, met een innovatieve inborst. Minister Slob ziet dit ook: “School en maatschappij staan vaak nog te los van elkaar, maar de vakhavo staat juist voor samenwerking en bewijst dat school en maatschappij elkaar nodig hebben en samen verder moeten.”
De minister is enthousiast over het experiment en liet weten dat hij de vakhavo misschien wel landelijk wil invoeren. Wel wacht hij nog op advies van de VO-raad hierin: “Als het integraal onderdeel van ons onderwijssysteem wordt, is wel even de vraag hoe we dat gaan organiseren binnen de wet- en regelgeving”.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
