De PO-Raad en de Vereniging van Universiteiten (VSNU) hebben gekeken hoe academisch opgeleiden in het primair onderwijs kunnen bijdragen aan kwaliteitsverbetering van het onderwijs. De sectororganisaties hebben een verkenning gedaan naar een universitaire lerarenopleiding voor het primair onderwijs. Deze verkenning is overhandigd aan minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker van Onderwijs en wordt ook nog naar de Tweede Kamer gestuurd. Dat meldt de PO-Raad.
De vraag naar de mogelijkheid en wenselijkheid van een universitaire lerarenopleiding voor het basisonderwijs komt steeds vaker naar boven. Uit onderzoek blijkt namelijk dat scholen en schoolbesturen behoefte hebben aan meer diversiteit in de schoolteams. Simone Walvisch, vicevoorzitter PO-Raad, en Karl Dittrich, voorzitter VSNU, hebben de Bussemaker en Dekker gevraagd om het streven naar meer academisch geschoolde leraren te ondersteunen en te stimuleren. De bewindslieden hebben toegezegd dat ze de ambities van de sector naar hoger en breder opgeleide leraren voor de klas ondersteunen.
De huidige academische pabo's leiden hun studenten op vanuit twee perspectieven: uitvoerend op basis van wetenschappelijke inzichten en die uitvoering onderzoekend met behulp van wetenschappelijk verantwoorde onderzoeksmethoden, gericht op optimalisering van de praktijk. Door verschillende opleidingsroutes voor instromende leraren te realiseren kan de diversiteit in het team versterkt worden. In dat kader past ook de universitaire lerarenopleiding, aldus de PO-Raad.
© Nationale Onderwijsgids
ik zou ook voor een universitaire topstudie zijn. Nu zie ik (vanuit mijn werk als onderwijsadviseur) dat leerkrachten toch eerst het vak moeten leren. Door een tweede fase in te voeren denk ik dat vernieuwingen in het onderwijs meer kans krijgen. Vernieuwingen die nu vanuit bv de pabo het onderwijs in worden meegenomen verdwijnen veelal als sneeuw voor de zon.