In de afgelopen jaren surfen steeds meer jongeren van 12 tot 25 jaar op het internet. Ze zitten steeds minder voor de tv, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Bijna 90 procent van de jongeren gebruikt dagelijks internet
In 2009 had 99 procent van de jongeren van 12 tot 25 jaar toegang tot internet. Negen op de tien jongeren brachten ook dagelijks tijd door op het web. In 2005 lag dit aandeel veel lager, namelijk op 76 procent. Jongeren internetten vooral om te communiceren, zoals e-mailen en chatten, en voor het spelen van games en downloaden van films en muziek.
Jongeren van 12 tot 25 jaar bestellen en kopen ook steeds meer goederen, zoals kleding, sportartikelen en kaartjes voor evenementen, via het web. Dit aandeel is toegenomen van 46 procent in 2005 tot 70 procent in 2009.
Minder uren voor de buis
Jongeren besteden dus veel tijd op het internet, waar ze bovendien veel televisieprogramma's op elk gewenst moment kunnen bekijken. Ze zitten de afgelopen jaren dan ook steeds minder voor de buis. Het aandeel 12- tot 18-jarigen dat 10 uur per week of meer tv kijkt via een tv-toestel is gedaald van 76 procent in 2000 tot 62 procent in 2008.
Het aandeel jongeren dat geen of minder dan 10 uur per week voor de tv zit, nam in dezelfde periode flink toe van 24 naar 39 procent. In minder sterke mate geldt deze trend ook voor de jongeren van 18 tot 25 jaar.