Het Openbaar Ministerie (OM) hoeft geen strafrechtelijke vervolging in te stellen tegen de tabaksindustrie. Het gerechtshof in Den Haag heeft dat donderdag bepaald. Verschillende maatschappelijke organisaties en ook scholen hadden zich verenigd in een aangifte tegen de vier grootste tabaksproducenten. Dit meldt ANP.
Advocate Bénédicte Ficq deed in 2016 namens longkankerpatiënte Annemarie van Veen en een aantal maatschappelijke organisaties aangifte van zware mishandeling (die de dood tot gevolg heeft) en valsheid in geschrifte tegen de vier grootste tabaksproducenten in Nederland. De tabaksindustrie heeft volgens de klagers sigaretten bewust verslavend gemaakt.
In mei van dit jaar sloot de eerste middelbare school aan. Volgens rector Jos Reckman van het Rudolf Steiner College in Haarlem zorgt de tabaksindustrie ervoor dat “mensen doodgaan en vermoord worden”. Hij vindt het belangrijk dat ook scholen de zaak steunen, omdat een rookverslaving meestal begint in de puberteit. Volgens advocate Ficq indertijd was het lastig om scholen te overtuigen mee te doen in de aangiftezaak. “Er waren de nodige bezwaren. Sommige scholen waren bang dat rokende ouders hun kinderen van de school zouden halen, andere maakten zich zorgen om hun zorgplicht als leerlingen tóch zouden gaan roken."
Begin dit jaar had het OM zelf al besloten de aangifte niet voor de rechter te brengen, omdat het geen grond zag voor een kansrijke vervolging. Daarop spande Ficq bij het hof een zogeheten artikel 12-procedure aan om alsnog vervolging af te dwingen. Dat wijst deze klacht nu af. Er is geen beroep mogelijk tegen de beslissing van het hof.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
