DEN HAAG (Novum) - De forse toename van de overheidsuitgaven voor onderwijs, zorg en veiligheid sinds 1995 hebben er niet toe geleid dat deze publieke diensten ook navenant beter zijn geworden. De arbeidsproductiviteit daalde en ook de waardering is afgenomen. Dat schrijft het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in een woensdag verschenen onderzoek.
De overheid gaf de afgelopen vijftien jaar steeds meer uit aan de publieke sector. De kosten namen tussen 1995 en 2010 bij de onderzochte publieke diensten elk jaar gemiddeld 3,5 procent tot 4,3 procent toe. Ook als rekening wordt gehouden met een licht gestegen productie namen de kosten sterk toe.
De toegenomen kosten zijn vooral gaan zitten in meer personeel, hogere salarissen en sterk gestegen uitgaven aan bijvoorbeeld apparatuur, medicijnen en gebouwen.
De kwaliteit van de diensten is verbeterd. Bij het basisonderwijs voldoen meer scholen aan de eisen van de onderwijsinspectie. Verder moesten minder patiënten een kamer delen en zijn de wachtlijsten in zorg merendeels verdwenen. Ook werden rechtszaken sneller afgehandeld. Toch is de kwaliteit niet evenredig gestegen met de kosten.
Nederlanders zijn ondanks de hogere uitgaven niet positiever gaan denken over de publieke dienstverlening. De waardering van mensen die een beroep deden op de onderzochte diensten van de overheid is nagenoeg gelijk gebleven of zelfs licht gedaald.
De doeltreffendheid van de dienstverlening is wel gestegen. Bij het voortgezet onderwijs daalde het aantal zittenblijvers en stopten minder leerlingen zonder diploma met school. In ziekenhuizen overleden vergeleken met voorgaande jaren minder mensen en bij de politie werden meer zaken opgelost.