(ANP) - De leerlingen van drie afgebrande scholen in Rijswijk moeten na de zomervakantie toch naar een andere plek. Sommige leerlingen moeten de komende maanden elke dag op en neer naar Delft. Dat liet de gemeente donderdag weten.
De scholieren zouden verhuizen naar een oude middelbare school om de hoek, maar dat gaat niet door. Het kost te veel tijd om de school geschikt te maken voor basisscholieren. "Er moeten bijvoorbeeld kleinere toiletpotjes komen, de trapleuningen moeten omlaag en er moet beter zicht op de kinderen zijn dan in het voortgezet onderwijs'', legt een gemeentewoordvoerder uit. Bovendien zit er asbest in het gebouw. "Als je daarin gaat boren en breken, moet je allerlei protocollen toepassen en dat is tijdrovend.''
Het complex met de drie scholen en de buitenschoolse opvang brandde op 24 juli af. Een 39-jarige verstandelijk gehandicapte man is opgepakt voor brandstichting. Bij de brand kwam asbest vrij.
De J.H. Snijdersschool kan op zijn plek blijven, omdat een deel van het gebouw is gespaard. Daarnaast komen er een paar noodlokalen bij de school. De leerlingen van de Godfried Bomansschool gaan naar Delft. Ze worden elke dag met bussen heen en weer gebracht. 't Prisma gaat naar een andere leegstaande middelbare school in de buurt.
Het gaat om een tijdelijke maatregel. Rijswijk hoopt dat de leerlingen na de herfstvakantie of na de kerstvakantie een andere plek hebben. Daar krijgen ze de komende twee jaar les, tot een nieuw scholencomplex is gebouwd.