De huidige lumpsumfinanciering past voldoende bij het Nederlandse onderwijsstelsel. Alternatieven hiervoor belemmeren de bewegingsvrijheid hierin voor instellingen. Dat is de conclusie van minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker van Onderwijs in een brief aan de Tweede Kamer.
NOG
'Huidige lumpsumfinanciering voldoet binnen Nederlands onderwijsstelsel'
-Zij reageren hiermee op een motie van VVD, CDA, D66 en SP, waarin de regering gevraagd wordt om meerdere alternatieven voor of naast lumpsum te ontwikkelen. Hierbij moeten publieke middelen heldere doelstellingen krijgen en moet de voortgang inzichtelijk worden.
Bussemaker en Dekker willen de flexibiliteit binnen de lumpsumfinanciering blijven hanteren en zijn daarom geen voorstander van extra regelingen binnen het systeem. Op de manier waarop het nu geregeld is, kunnen instellingen flexibel inspringen op maatschappelijke behoeften. Ook zou het meer plancapaciteit bij de overheid vergen dan in Nederland voorhanden is. Bovendien presteert het Nederlandse onderwijsstelsel bovengemiddeld goed in vergelijking met omringende landen en zijn de uitgaven hierin gemiddeld.
De ministers hebben voor het onderzoek gekeken naar de financiële systemen van andere sectoren in Nederland. Daarnaast hebben zij financiële regelingen in het buitenland onder de loep genomen. Ook hebben ze gesprekken gevoerd met schoolbestuurders en vertegenwoordigers van docenten en schoolleiders.
© Nationale Onderwijsgids