Normal_docent__leraar__uitleg__les__bord__uitleg

In het kader van de afspraken in het Nationaal Onderwijsakkoord en de daaruit voortvloeiende sectorafspraken over de bevoegdheid van de leraren onderzoekt de Onderwijsinspectie de inzet van niet–(volledig) bevoegde leraren. Het onderzoek sluit aan bij het 'Plan van aanpak tegengaan onbevoegd lesgeven vo' dat staatssecretaris Dekker eind februari naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Dat meldt de Onderwijsinspectie.

Bij niet-(volledig) bevoegde leraren kan het onder meer gaan om leraren die (ook) een ander vak geven dan waarvoor zij zijn opgeleid, nog studeren voor het vak waarin zij lesgeven of op een ander – meestal hoger – niveau lesgeven dan waarvoor zij zijn opgeleid. Meestal is die situatie wel toegestaan, maar slechts voor beperkte termijnen.

De inspectie onderzoekt in 2016 en 2017 tweehonderd afdelingen en gaat na of het bestuur voldoet aan de wettelijke benoembaarheidseisen. Als leraren zonder enige onderwijsbevoegdheid een vak geven waar een lerarenopleiding voor bestaat, geeft de inspectie het bestuur een herstelopdracht en hersteltermijn. Voor het onderzoek heeft de inspectie in maart de besturen en scholen van 42 vestigingen benaderd en gevraagd vragenlijsten in te vullen. Bij een deel van de scholen gaat de de ingevulde gegevens van de vragenlijst ter plekke controleren.

De inspectie koppelt de resultaten van het onderzoek aan het ministerie van OCW terug. We beschrijven in een geanonimiseerd verslag onder andere welke variaties op niet-(volledig) bevoegd lesgeven we zijn tegengekomen en wat de redenen daarvoor zijn. Ook beoordelen we of het niet (volledig) bevoegd lesgeven wettelijk is toegestaan.

© Nationale Onderwijsgids