DEN HAAG (Novum) - De Nederlandse eisen voor studiefinanciering in het buitenland komen neer op verkapte discriminatie en moeten worden aangepast. Dat oordeelt het Europese Hof van Justitie donderdag. Als de regeling niet wordt aangepast, kan Nederland worden gedwongen uiteindelijk een boete te betalen.
Om voor studiefinanciering voor een studie in het buitenland in aanmerking te komen, moet de aanvrager minstens drie van de afgelopen zes jaar in Nederland hebben gewoond. Die eis geldt voor iedereen, waardoor het volgens Nederland geen discriminatie is.
Het hof spreekt echter van verkapte discriminatie, omdat geboren Nederlanders, in tegenstelling tot anderen, vrijwel altijd aan die eis voldoen. Nederland vindt de zogenoemde 3-uit-6-eis noodzakelijk om te vermijden dat alle inwoners van de Europese Unie studiefinanciering uit Nederland kunnen aanvragen, ook al zijn ze nooit in Nederland geweest. Dat is voor Nederland niet te betalen.
Het hof vindt echter dat de regeling te ver gaat. Er zijn volgens het hof ook andere manieren om te zorgen dat de regeling alleen wordt gebruikt door mensen die een band hebben met Nederland. Voorbeelden van hoe het wel kan worden daarbij echter niet gegeven.
Het proces was aangespannen door de Europese Commissie. Die vond dat Nederland zijn verplichtingen niet na kwam. Nederland moet zo snel mogelijk aan de uitspraak voldoen. Anders kan de Europese Commissie een nieuw beroep instellen en een boete aanvragen.
