De Belastingdienst wil de zaken uit 2014 waarin honderden gezinnen onterecht geen kinderopvangtoeslag kregen, niet herzien. Dit, terwijl de Raad van State vorige week geoordeeld heeft dat in tenminste een situatie de toeslag onterecht werd stopgezet en teruggevorderd. Dit meldt Trouw.
In 2014 had de Belastingdienst de kinderopvangtoeslag bij 232 gezinnen stopgezet vanwege een vermoeden van fraude, maar de dienst hield geen rekening met de ernstige gevolgen voor een grote groep bonafide ouders. Pas na het stopzetten van de kinderopvangtoeslag vroeg de Belastingdienst om bewijzen van de 232 gezinnen. Daarnaast werden de ontvangen toeslagen van voorgaande jaren teruggevraagd. Veel ouders raakten daardoor in de (financiële) problemen en moesten hun kind van de opvang afhalen.
Ouders moesten jarenlang procederen om hun gelijk te krijgen. Maar omdat de Belastingdienst stukken achterhield en de ouders ook niet vertelde welke documenten zij nodig hadden om hun gelijk te bewijzen, was het een juridisch oneerlijke strijd.
De Raad van State heeft nu bij tenminste één zaak geoordeeld dat de stopzetting en terugvordering van kinderopvangtoeslag onterecht was. De Belastingdienst geeft aan dat naar aanleiding van deze uitspraak de overige lopende rechtszaken opnieuw worden bekeken. Dat zijn er in totaal nog dertien, de overige ouders kunnen volgens de dienst nergens meer aanspraak op maken. Na bijna vijf jaar zijn de meeste van deze zaken afgerond – vaak omdat ouders het erbij lieten zitten nadat de Belastingdienst jarenlang niet inging op hun bezwaren en alles bleef afwijzen, schrijft Trouw.
In oktober vorig jaar bood staatssecretaris Snel nog zijn excuses aan voor de gang van zaken bij de Belastingdienst. Er zouden schadevergoedingen uitgekeerd worden voor de getroffen gezinnen die daar recht op zouden hebben. Een landsadvocaat zou dit nader beoordelen. Van de tien inmiddels beoordeelde zaken, zouden de ouders echter geen recht hebben op schadevergoeding, aldus Trouw.
Door: Nationale Onderwijsgids