Afgelopen zomer concludeerde het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dat de harmonisatie van de peuterspeelzalen en de kinderopvang goed is verlopen. Deze hervorming heeft er echter wel voor gezorgd dat elke gemeente een eigen beleid voor voorschoolse educatie heeft, met landelijk 355 verschillende regelingen tot gevolg. Dit melden Kinderopvang Totaal en NOS.
De veelheid aan regelingen heeft er voor sommige ouders voor gezorgd dat de drempel te hoog werd om hun peuters naar de voorschoolse educatie te sturen. “Daardoor hebben ze veel ontwikkeling gemist”, zegt Ferdinand van Veen, een Amsterdamse basisschooldirecteur.
Sommige ouders betalen nu bovendien meer voor voorschoolse educatie dan zij vroeger deden voor de peuterspeelzaal. “Voor een doelgroepouder was de peuterspeelzaal vroeger gratis, maar nu kost het 17 euro per maand”, legt Alice Leek van Combiwel voor Kinderen uit. “Dat is geen hoog bedrag, maar kan voor minima best veel zijn.”
Gevolgen voor kinderen
Van Veen is dan ook van mening dat de harmonisatie van de kinderopvang en peuterspeelzaal directe gevolgen heeft voor kinderen. “Voor de hervorming hadden we 27 groepen met doelgroeppeuters, dat is teruggelopen naar 16 en twee locaties zijn gesloten”, vertelt hij. “Voor de meeste ouders was dat killing, het circus dat opgetuigd werd om kinderopvangtoeslag bij de Belastingdienst aan te vragen, met moeilijke formulieren en ingewikkelde communicatie. Als gevolg kwamen de peuters niet meer. Veel van die kinderen zijn nu tot hun vierde thuis of bij opa en oma geweest in plaats van naar de voorschool.” Volgens Van Veen is het voor deze kinderen onmogelijk om die gemiste ontwikkeling volledig in te halen.
Door: Nationale Onderwijsgids