Vijftien politieke partijen die meededen aan de Tweede Kamerverkiezingen willen een verbod op commerciële kinderopvang, omdat publiek geld in handen van investeerders komt. Opvang van kinderen zou geen verdienmodel moeten zijn. Economen vragen zich echter af waarom winst maken in de kinderopvang slecht is. En de kwaliteit van een maatschappelijke voorziening als de basisschool is “niet legendarisch”. Dit meldt NU.nl.
Marcel Cannoy is mededingingseconoom en vraagt zich af waarom winst maken zo verdacht is in de kinderopvangsector, terwijl het in de meeste sectoren geaccepteerd wordt. Niet alleen hebben commerciële aanbieders van kinderopvang aandacht voor de verschillende behoeftes van ouders, ook investeren juist deze organisaties in de branche. Worden deze bedrijven verboden, dan wordt “het kind met het badwater weggegooid”, aldus Cannoy. Daarnaast heeft de overheid ook geen goede score op het gebied van onderwijs. Basisscholen in ons scoren op kwaliteit niet buitengewoon goed.
Meer spelregels nodig
Econoom Thomas van Huizen begrijpt waarom ouders twijfelen over het commerciële karakter van de kinderopvang, omdat het een plek is waar kinderen zich volop ontwikkelen. Toch denkt hij niet dat een verbod op de commerciële opvang de oplossing is. Van Huizen pleit voor betere controle op de pedagogische kwaliteit. De non-profit lijkt nu beter te scoren, maar de onderzoeken hiernaar zijn volgens hem niet overtuigend. Maatschappelijke verantwoording afleggen helpt wellicht ook, net als het niet mogen opbouwen van te veel schulden. “Als dit soort spelregels er komen, zijn we al een heel eind.”
Door: Nationale Onderwijsgids / Johanne Levinsky
