De Algemene Onderwijsbond (AOb), FNV Overheid, CNV Onderwijs en de Federatie van Onderwijsvakorganisaties hebben hun inzet bekendgemaakt bij de start van de onderhandelingen voor een nieuw cao mbo. Zo eisen ze een koopkrachtverbetering, keuzebudget van 50 uur en een scholingsbudget van 750 euro per jaar. De bonden willen zich niet alleen inzetten voor loonafspraken, zoals de vorige keer, maar voor een beleidsrijke cao. Dit meldt de AOb.
Op 31 december 2024 liep de cao-mbo af. Inmiddels is deze stilzwijgend verlengd tot augustus dit jaar. Een nieuwe cao gaat altijd met terugwerkende kracht in, wat betekent dat nieuwe afspraken per 1 januari 2025 geldig zijn. De inzet van de bonden is een cao-looptijd van 1 jaar.
Koopkrachtverbetering
Het belangrijkste punt waar de bonden zich hard voor willen maken, is verbetering van koopkracht voor alle werknemers in het middelbaar beroepsonderwijs. “In 2025 is er sprake van een hoge inflatie, dat willen we terugzien in het loon”, zegt AOb-bestuurder mbo Henrik de Moel. Ook moet de automatische prijscompensatie terugkomen de cao. Hierdoor kan het salaris in de toekomst automatisch omhoog.
Functies LB en LC samenvoegen
Onderhandelaars pleiten ook voor betere reiskostenvergoeding, van 21 cent naar 23 cent per kilometer. En eisen ze voor alle docenten uiteindelijke plaatsing in de salarisschaal LC. Doel is om hiervoor de docentfunctie LB en LC samen te voegen. Docenten beginnen dan wel in LB, maar kunnen naarmate hun functie-eisen aanpassen uitstromen naar LC. Er is nu te vaak onduidelijkheid over de functiemix en de willekeurigheid ervan, stelt De Moel.
Werkplezier
Om ervoor te zorgen dat mbo-personeel plezier blijft houden in het werk, willen de onderhandelaars een keuzebudget van 50 uur per jaar bij een voltijdsfunctie, 59 klokuren voor scholing en een vrij te besteden scholingsbudget van 750 euro per jaar.
Door: Nationale Onderwijsgids / Johanne Levinsky
