Het aantal verdrinkingen is in de afgelopen decennia gedaald. In de jaren vijftig verdronken jaarlijks vierhonderd tot vijfhonderd inwoners in Nederland. Vanaf 2000 schommelt dit aantal rond 88. In 2018 is voor het eerst sinds 2002 weer een stijging te zien van meer dan 30 procent. De afname van het aantal verdrinkingen door de decennia heen is met name te zien onder kinderen tot 10 jaar. Dit meldt RIVM.
In 1950 verdronken nog 266 jonge kinderen, 197 jongens en 69 meisjes. De laatste tien jaar verdronken jaarlijks gemiddeld acht jonge kinderen per jaar, het merendeel jongens. De afname van het aantal verdrinkingen is het grootst bij kinderen van 1 tot 5 jaar: van 187 in 1950 tot gemiddeld zes in de laatste tien jaar.
Bij kinderen van 5 tot 10 jaar is het aantal verdrinkingen ook fors afgenomen, van 76 in 1950 tot gemiddeld iets meer dan twee in de laatste tien jaar. Daarentegen verdronken vanaf 2000 juist meer ouderen, in het bijzonder mensen van 60 jaar of ouder.
Meer verdrinkingen onder personen met niet-westerse achtergrond
Het aantal verdrinkingen per 100.000 inwoners is bij personen met een niet-westerse migratieachtergrond in alle leeftijdsgroepen tot 60 jaar duidelijk hoger dan bij personen met een Nederlandse achtergrond. Het grootste verschil is te zien bij 10- tot 20-jarigen. De sterfte door verdrinking is 7,4 keer zo hoog als onder tieners met een Nederlandse achtergrond. Ook in andere leeftijdsgroepen zijn relatief veel personen met een niet-westerse migratieachtergrond verdronken.
Schoolzwemmen weer invoeren
Vorig jaar maakte de Nederlandse reddingsbrigade zich zorgen over de afnemende zwemvaardigheid. De brigade moet steeds vaker in actie komen om zwemmers in nood te helpen. Dit komt volgens de organisatie doordat steeds meer kinderen en volwassenen niet goed kunnen zwemmen. Zo komt het vaker voor dat kinderen die al van de basisschool gaan nog geen zwemdiploma hebben. De reddingsbrigade zou graag zien dat scholen het schoolzwemmen weer standaard invoeren.
Door: Nationale Onderwijsgids