Uit een representatief onderzoek van TNS Nipo onder 560 werkenden in de (semi) publieke sector blijkt dat 83 procent van de respondenten het (zeer) belangrijk vindt om zichzelf te kunnen ontwikkelen in hun werk. Medewerkers vinden zichzelf voor 57 procent verantwoordelijk voor hun ontwikkeling en hun werkgever voor 43 procent. Dat meldt Driessen HRM.
Flexibele medewerkers blijken meer verantwoordelijkheid te nemen: hier is de verdeling 66 procent medewerker en 34 procent werkgever. Hoewel de werkgever slechts deels verantwoordelijk blijkt, vindt slecht 57 procent van de respondenten dat hun werkgever op dit moment voldoende ontwikkelingsmogelijkheden biedt. Over de rol van de afdeling HRM in hun ontwikkeling is slechts 30 procent van de respondenten (zeer) tevreden. 1 op de 5 is zelfs zeer ontevreden.
De meeste werkenden in de (semi) publieke sector wilden vroeger verpleegkundige, leraar of dierenarts worden. Op dit moment heeft 60 procent de baan van zijn dromen en over het algemeen is de gemiddelde medewerker in de publieke sector dan ook erg tevreden met zijn of haar huidige baan. Gemiddeld wordt deze beoordeelt met een 7,5. Van alle respondenten is 46 procent zelfs zó tevreden, dat zij ondanks één laatste kans om van baan te wisselen de huidige baan willen behouden. Degenen die wel van baan willen wisselen, blijven graag in de (semi) publieke sector werken.
De werksfeer, werkzaamheden en omgang met collega's blijken de belangrijkste 'zachte' vereisten voor een baan in de publieke sector. 71 procent kan in hun huidige baan structureel waarde aan zichzelf toevoegen en maar liefst 82 procent kan in hun werk iets betekenen voor de maatschappij. Vrouwen vinden vaker dat ze waarde toevoegen in hun werk en dat hun werk maatschappelijk relevant is dan mannen.
© Nationale Onderwijsgids