De Raad van State vindt dat het beroepsregister voor leraren te vroeg wordt ingevoerd. Het instituut stelt in een advies dat de problemen in het onderwijs eerst moeten worden opgelost. Dit meldt NOS.
Volgens de Raad van State zal eerst het lerarentekort moeten worden aangepakt en zullen er beperkingen moeten worden gesteld aan het gebruik van onbevoegde leraren. Ook moeten aanbod en kwaliteit van lerarenopleidingen beter aansluiten op wat scholen nodig hebben qua bijscholing. Hiervoor is meer tijd en zijn meer middelen nodig, aldus het instituut.
De Raad van State vindt dat het lerarenregister op de voorgestelde manier niet als beroepsregister fungeert. Het houdt bij of leraren voldoen aan de nascholingseisen. De sanctie die volgt op het niet naleven van de nascholingseisen, namelijk het verliezen van de lesbevoegdheid, is “onwerkbaar en vaak ook onevenredig”, aldus de Raad van State. Voor het houden van toezicht is het register niet nodig. Daarvoor is de onderwijsinspectie aangesteld. De Raad van State adviseert daarom aan het kabinet om het wetsvoorstel te heroverwegen.
In het wetsvoorstel van het Kabinet worden alleen bevoegde leraren opgenomen in het lerarenregister. Hierin kunnen leraren zichtbaar maken dat ze hun kennis en kwaliteit op peil houden door na- en bijscholing vast te leggen. Iedere vier jaar wordt een inschrijving opnieuw beoordeeld. De beroepsgroep bepaalt zelf de criteria voor herregistratie. Leraren die niet voldoen aan die criteria krijgen een aantekening bij hun vermelding in het lerarenregister. Deze leraren kunnen op termijn niet meer voor de klas staan totdat ze kunnen aantonen dat hun vaardigheden weer op orde zijn. Leraren die (nog) niet bevoegd zijn, komen in het registervoorportaal te staan.
© Nationale Onderwijsgids
