De strengere rekenregels voor pensioenfondsen die vorig jaar werden voorgesteld door de commissie-Dijsselbloem, worden komende jaren stapsgewijs ingevoerd. Dat heeft De Nederlandsche Bank (DNB) besloten. Hierdoor krijgt de financiële positie van pensioenfondsen komende vier jaar telkens een kleine tik, waardoor de kans toeneemt dat er dan gesneden moet worden in de pensioenuitkeringen.
De commissie onder leiding van voormalig minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem zorgde vorige zomer voor ophef met het advies om bepaalde parameters voor de fondsen strenger te maken. Later zei Dijsselbloem daarover dat pensioenfondsen kortingen als die nodig zijn, niet telkens voor zich uit konden blijven schuiven. Hij wees erop dat de Nederlandse fondsen er al lang slecht voor stonden.
DNB besloot destijds al om het advies te gaan doorvoeren, maar dit niet eerder te zullen doen dan op 1 januari 2021. Nu is ervoor gekozen om de implementatie gespreid, in vier gelijke stappen te doen. Daardoor zal de dekkingsgraad van pensioenfondsen, bij gelijkblijvende rente, komende vier jaar telkens met 1 tot 1,5 procentpunt lager uitpakken, laat een woordvoerder van DNB weten.
De strengere rekenregels hebben nog geen gevolgen voor de mogelijke pensioenverlagingen die volgend jaar al dreigen bij diverse grote Nederlandse pensioenfondsen. Of er dan gekort moet worden, hangt namelijk af van hoe de fondsen er per 31 december dit jaar voorstaan. De nieuwe regels gaan pas op de eerste dag van het nieuwe jaar in.
Onlangs kwam uit maandcijfers naar voren dat de financiële positie van ambtenarenfonds ABP, zorgfonds PFZW en metaalfonds PMT in juli niet tot nauwelijks verbeterd was, waardoor hun dekkingsgraden nog steeds onder de verlaagde minimumgrens van de overheid zaten. ABP had per eind vorige maand voor elke euro aan toekomstige pensioenverplichtingen bijvoorbeeld slechts zo'n 85 cent in kas. Als dit eind van het jaar niet is verbeterd tot minstens 90 cent, dan moet er gekort worden.
Door: ANP