Normal_geslaagd_afgestudeerd_slagen_diploma

Een grote groep pas afgestudeerde jongeren wordt uitgebuit op een werkervaringsplek. De jongeren doen hetzelfde werk als reguliere werknemers, maar krijgen daarvoor nauwelijks betaald. En het vervelende is: ze staan daarbij volledig machteloos. Als zij iets tegen de uitbuiting willen doen, is de kans groot dat ze worden weggestuurd en er een nieuwe kracht klaar staat om hen te vervangen. Werkgevers hebben dus de macht in handen en maken misbruik van de situatie. De oorzaak van het probleem - dat voornamelijk in de GGZ-hoek speelt - lijkt voor een deel te liggen bij de universiteiten, die een overschot aan psychologen en orthopedagogen afleveren. De Nationale Onderwijsgids sprak met de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) en FNV Jong over het probleem en mogelijke oplossingen. 

De concurrentie onder pas afgestudeerde psychologen en orthopedagogen voor een plek op de arbeidsmarkt is moordend. Na misschien wel meer dan honderd sollicitatiebrieven zijn de jongeren het zat; dan maar een werkervaringsplek (wep). Voor een kleine vergoeding gaan ze aan de slag en ze hopen via deze route te kunnen doorstromen naar een betaalde baan. Door werkgevers wordt hun verteld dat ze binnen afzienbare tijd een betaalde baan kunnen krijgen. In de praktijk blijkt het echter compleet anders te liggen. Sommige wep’ers zitten al drie jaar lang onbetaald op een zelfde plek. Klagen doen ze niet, want er staan honderden lotgenoten klaar om hun plaats over te nemen.

Uit gezamenlijk onderzoek van onderzoeksprogramma De Monitor en de beroepsverenigingen voor psychologen (NIP) en orthopedagogen (NVO) blijkt dat 74 procent van de respondenten die ervaring heeft met een werkervaringsplek zich uitgebuit voelt. Zij geven aan dat ze bij het solliciteren naar een betaalde baan zijn afgewezen vanwege te weinig ervaring en dat de werkervaringsplek de enige manier is om door te stromen naar betaald werk binnen hun organisatie. Van de groep ondervraagden krijgt veertien procent niet betaald op de werkervaringsplek en 26 procent krijgt alleen een reiskostenvergoeding. Ongeveer een kwart geeft aan volledig mee te draaien, iets meer dan de helft doet dat gedeeltelijk. Indien hetzelfde werk wordt gedaan als een reguliere werknemer en er geen leeraspect aanwezig is, dan heeft de wep’er recht op het minimumloon.

Misleidend
Stefan Wirken, voorzitter van de Landelijke Studenten Vakbond, kent de verhalen van pas afgestudeerde jongeren. “Ik vind het bijna schandalig hoe die werknemers om gaan met hun eigen personeel”, zegt hij. “Probleem is dus dat zij het zich kunnen permitteren.” Wirken lijkt daarbij te wijzen naar de Inspectie Sociale Zaken. In de uitzending van De Monitor op 3 januari 2016 beweert de inspectie dat het vanaf december 2014 tot en met heden twaalf onderzoeken is gestart naar mogelijke uitbuiting en dat het niet bij ieder bedrijf de contracten kan controleren.

Wirken weet wel waar de grootste problemen zitten. “Vooral in de GGZ-hoek hoor je veel klachten. Ook bij architectenbedrijven zijn er problemen met starters. Het komt denk ik in iedere sector wel voor”, meent hij. Om het probleem op te lossen moet de concurrentie op de arbeidsmarkt dus minderen. “Wij zijn bang dat de problematiek die nu aangetoond wordt een reden zou zijn om strenger te gaan selecteren aan de poort van een opleiding. Dat willen wij niet, want dat zou de onderwijstoegankelijkheid schaden. In onze ogen ligt het probleem meer in de voorlichting die universiteiten geven. In de verplichte studiebijsluiter zijn de cijfers over het arbeidsperspectief nogal misleidend. Daar wordt gesproken over mensen die binnen anderhalf jaar werk vinden, maar dat zijn vaak geen fulltimebanen. Er wordt bijvoorbeeld maar één dag in de week gewerkt of niet op niveau.”

De voorzitter ziet tegenstrijdige belangen bij universiteiten en de maatschappij. De onderwijsinstellingen worden betaald om zo veel mogelijk studenten aan te nemen en af te leveren, terwijl de maatschappij daar niet bij gebaat is. Hij noemt dat het probleem van het financieringssysteem. “Op de open dagen en in de brochures van universiteiten wordt reclame gemaakt om zo veel mogelijk studenten te trekken. Daar wordt vervolgens niet het eerlijke verhaal verteld. Wij vinden: zeg hoe het er echt voor staat en ga een student niet misleiden. Wanneer universiteiten eerlijk zijn, dan moeten instellingen gewoon aangeven dat het arbeidsperspectief voor bijvoorbeeld psychologie redelijk bedroevend is. Ik denk dat heel veel studenten zich dan achter de oren zullen krabben en zich afvragen of dit wel de juiste studie is.”

De oud-student rechten begrijpt ook wel waarom opleidingsbesturen zo veel mogelijk reclame proberen te maken voor hun opleiding. Als zij minder studenten aannemen krijgen zij minder geld met als gevolg dat zij mogelijk moeten snijden in de begroting en docenten moeten ontslaan. Daarom moet de overheid de maatschappelijke plicht voelen om de studenten goed te informeren, stelt hij. Begin februari, als De Monitor wederom een uitzending heeft gewijd aan de problematiek, gaat de LSVb de politiek oproepen het heft in handen te nemen en met eerlijkere cijfers te komen. “De LSVb heeft wel eens eerder gepleit voor een Alumni-monitor, een soort equivalent van de Nationale Studentenenquête. De oud-studenten worden twee jaar na afstuderen gevraagd of ze werken op niveau en of de studie hen heeft gebracht waar ze willen zijn. Deze informatie moet vervolgens eerlijk en op een prominente plek gecommuniceerd worden.”

Bizarre wetgeving
De LSVb geeft aan dat het vinden van een baan buiten het gebied valt waar de bond zich actief mee bezig houdt. FNV Jong is wel op dat gebied actief en heeft sinds vorig jaar het Meldpunt Stagemisbruik geopend, waarop jongeren uitbuiting op werkervaringsplekken kunnen melden. Zo zeggen zeven op de tien melders werk te doen dat niet verschilt van het werk dat hun betaalde collega’s verrichten. Ook herkennen negen op de tien melders geen leeraspect in hun werkervaringsplek, terwijl dit een stage van een arbeidsplaats hoort te onderscheiden.

FNV Jong roept de politiek op om hier actie tegen te ondernemen. Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gaf eerder aan met een plan te komen om de problematiek rondom werkervaringsplekken aan te pakken. De vakbond denkt dat dit hard nodig is. “Het is bizar dat de wetgeving in Nederland het toelaat dat jongeren voltijds werken en daar niet van rond kunnen komen”, zegt voorzitter Esther Crabbendam. “Wij willen dat de minister met concrete acties komt om deze problemen aan te pakken. Eén van deze acties is proactief handhaven om dit soort schijnconstructies aan te pakken.”

Crabbendam ziet daarin een belangrijke rol weggelegd voor de inspectie. Op dit moment gaat de inspectie pas onderzoek doen bij een werkgever als iemand zich meldt met een klacht. Het probleem is echter, zo stelt Crabbendam, dat bijna niemand naar de inspectie toe stapt. “Heel veel jongeren weten helemaal niet dat ze worden uitgebuit, want ze denken dat het normaal is wat er gebeurt. Of zij zijn blij dat ze überhaupt ergens zitten want anders blijven ze werkloos thuis. Ze zijn bovendien bang om er iets van te zeggen, want dan bestaat de kans dat ze worden ontslagen.”

“Wij vinden dat de inspectie proactief op zoek moet gaan naar vacatures”, vervolgt de voorzitter. “Er zijn heel veel vacatures waar afgestudeerden worden gevraagd voor een werkervaringsplek. Bedrijven vragen bijvoorbeeld twee jaar werkervaring voor een werkervaringsplek. Dat zijn duidelijk zaken waar de arbeidsinspectie in kan duiken. Als dit proactief gebeurt, is er geen klacht nodig. Zij kunnen vervolgens op een bedrijf afstappen en aangeven dat de betreffende vacature helemaal niet mag. Als er het vermoeden bestaat dat er bij een bepaald bedrijf mensen worden uitgebuit, dan vind ik dat de inspectie ook alle contracten moet kunnen opvragen en controleren.”

FNV Jong gaat de komende maanden proberen om samen met Asscher tot een oplossing te komen en werkt daarbij bovendien samen met enkele studentenorganisaties. Als het aan de vakbond ligt mogen studenten alleen stage lopen tijdens de studie en behoren werkervaringsplekken tot de verleden tijd. “We gaan in de gaten houden met welk plan Asscher komt. Je kunt de komende tijd nog wel wat van ons verwachten”, aldus Crabbendam.

© Nationale Onderwijsgids / Frank Molema