DEN HAAG - De Nederlandse hoger onderwijsinstellingen hadden tot het afgelopen weekend de kans om hun plan voor prestatieafspraken in te dienen bij de Review Commissie die wordt aangevoerd door Frans van Vught. Deze commissie moet erop toezien dat studies binnen de voorgeschreven termijn afgerond kunnen worden en dat de gewenste stelselopbrengsten gerealiseerd worden, zo meldt ScienceGuide.
De instabiele politieke fase maakte de opgave voor de colleges van bestuur van de verschillende onderwijsinstellingen bepaald niet eenvoudiger. Welke strategie is nu verstandig: een veilig beleid uitstippelen met sobere targets om maar zo veel mogelijk tegemoet te komen aan de wensen van een inmiddels demissionair kabinet of juist een revolutionair beleid uiteenzetten? En wat moeten de verschillende instellingen met de conclusies van de Commissie van Van Vught wanneer de kans zeer groot is dat deze weer verworpen of in ieder geval aangepast worden door een volgend kabinet?
Slechts twee varianten
Zoals het er naar uit ziet heeft slechts één instelling ervoor gekozen een gedurfde benadering in te dienen. De NHTV, een school voor internationaal hoger onderwijs in Breda, heeft de commissie Van Vught te kennen gegeven dat zij eigenlijk uit het binaire stelsel wil stappen. De hbo-instelling ziet niet langer heil in de beperkt vormgegeven structuur van het huidige hoger onderwijs.
De NHTV kan zijn keuze prima verantwoorden: de hbo-instelling heeft een pakket opleidingen van de Universiteit van Tilburg overgenomen en leidt hiermee studenten op voor academische graden. De hogeschool is destijds consequent geweest en heeft de betrokken hoogleraren aan de hogeschool verbonden en het promotierecht (Ius Promovendi) verworven.
De Bredase hogeschool is dus al een andere weg ingeslagen en wil nu prestatieafspraken opstellen en overeenkomen waarin zij zowel erkenning krijgen voor hun hbo- als voor hun wo-doelstellingen. Daarnaast wil de hogeschool formeel erkend worden als ‘hybride instelling' voor hoger onderwijsaanbod.
© Nationale Onderwijsgids / Martijn van Noppen
