De focus in het onderwijs gaat steeds meer liggen op de beheersing van 21ste- eeuwse vaardigheden, ofwel de zogenoemde softskills: luisteren, onderhandelen en bemiddelen. Opkomende technologieën bieden een toolkit waarmee zulke procedurele vaardigheden kunnen worden geoefend in een real life context. Hiermee raken de studenten ook geschoold in techniek, iets wat in een toekomstige baan steeds belangrijker wordt. Ook is technologie voor studenten leuk en enerverend. Ze zijn hierdoor meer betrokken, waardoor ze harder werken, wat resulteert in minder examenvrees en meer studiesucces. 

 

Op de faculteit rechten wordt inmiddels steeds meer gebruik gemaakt van technologie. Twee jaar geleden begonnen de drie docenten voorzichtig te experimenteren met wearables. Studenten gebruiken tijdens een les over onderhandelen bijvoorbeeld een Google Glass, waarbij de docent meteen feedback kan geven via de bril. Zo kunnen zij direct en niet pas achteraf nuttig gebruik maken van de feedback. Dankzij het succesvol gebruik van Google Glass gaan de docenten binnenkort experimenteren met Microsoft HoloLens, een bril om een hologram te gebruiken. “Zo kun je het laten lijken of er een rechter aanwezig is in de klas.”

 

Volgens de docenten zal het onderwijs steeds meer gepersonaliseerd worden. Zo kan het stressniveau van een student tijdens het pleiten direct gemeten worden via een wearable die bloeddruk en hartslag meet. De docent kan dan inspringen als de stress te groot wordt en ook meteen de resultaten van zijn geruststellingen terugzien in de biomedische data. De nieuwe technologie stelt een docent ook in staat beter te sturen op motivatie en specifieke competenties of tekortkomingen van de student. Je merkt via een smartwatch bijvoorbeeld op dat een student meer oogcontact met de rechter moet maken of attendeert hem op de inhoud van een bepaald wetsartikel.