Het ministerie van Volksgezondheid spreekt deze week met de Nederlandse ggz en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) over het rapport van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) dat ingaat op de flink verslechterde jeugd-ggz. Op korte termijn moet hier een plan uit komen dat de problemen gaat oplossen. Dit meldt Skipr.
De VNG liet vorige week al weten dat eerdere gesprekken niet soepel zijn verlopen. Daarom is inmiddels bemiddeling aangevraagd om het gesprek tussen het Rijk en de gemeenten uit het slop te halen. De gesprekken zijn weer opgestart, maar gaan met name over een overbruggingsperiode tot een nieuw kabinet is aangesteld.
'We kunnen niet wachten'
“We kunnen namelijk niet tot een volgend kabinet wachten. Ook hierover gaan we in gesprek met de VNG, na de verkiezingen als er een nieuwe Tweede Kamer is”, laat een woordvoerder van het ministerie van Volksgezondheid weten. Het is niet enkel een kwestie van een flinke zak geld overhevelen naar gemeenten, want zoals uit het rapport van de IGJ blijkt: er is meer aan de hand. De regionale verschillen zijn groot en samenwerking tussen de regio’s onvoldoende. “Maar we zullen niet ontkennen dat geld een rol speelt.”
Wat is er aan de hand?
Er is een tekort aan specialistische behandelprogramma’s voor jongeren met ernstige problemen. Al voor de crisis waren er wachtlijsten voor de reguliere jeugd-ggz en de gespecialiseerde jeugd-ggz. Maar het aantal jongeren dat nu wacht is forst toegenomen. Ggz-instellingen kunnen niet al deze jongeren opvangen en doorstroming naar de juiste hulp loopt vast.
In de praktijk betekent dit bijvoorbeeld dat in en regio de wachttijd voor de specialistische ggz is opgelopen tot een jaar. Bij één instelling staan zevenhonderd jongeren op de wachtlijst en duizend in de regio. Bij een andere instelling loopt de wachttijd op vervolgzorg op van 30 tot 60 weken. Een instelling noemt meer dan vijftig wachtenden onder de 18 jaar voor hulp bij een eetstoornis.
Door: Nationale Onderwijsgids