Het opleidingsaanbod in het mbo, hbo en wetenschappelijk onderwijs moet volgens minister Eppo Bruins beter aansluiten op de arbeidsmarkt. Vanwege het dalende aantal studenten kan niet elke opleiding blijven bestaan, zo waarschuwt hij in zijn beleidsbrief naar de Kamer. Welke opleidingen er moeten verdwijnen, wordt niet duidelijk. Dat meldt De Telegraaf.
“Het vervolgonderwijs heeft te maken behoorlijke uitdagingen”, aldus Bruins. Hij doelt daarmee op het dalende aantal studenten. Het aantal mbo’ers daalde van 508 duizend studenten in 2020 naar 469 duizend studenten in 2023. Binnen het hbo dalen de studentenaantallen ook. Het wo laat nu nog een lichte stijging zien, maar omdat het kabinet wil dat het aantal internationale studenten minder wordt, zijn deze cijfers volgens Bruins nog onzeker.
Samenwerken op landelijk niveau
Bruins ziet graag dat opleidingsinstellingen meer op landelijk niveau gaan samenwerken. “Cruciaal onderwijs zal dan niet verdwijnen en studenten kunnen we blijven opleiden voor de toekomst.” Onderwijsinstellingen moeten zich daarbij focussen op de zorg, het onderwijs, de techniek en de microchipsector. Pretstudies of studies waar weinig animo voor is, kunnen in de toekomst dan verdwijnen.
Dit moet voor hogescholen en universiteiten in de wet komen te staan, aldus Bruins. Voor het mbo wordt er samengewerkt met werkgevers en onderwijsinstellingen aan het ‘Mbo Pact’. Studenten kunnen op redelijke reisafstand onderwijs blijven volgen binnen een opleidingsaanbod dat inspeelt op de arbeidsmarkt. Met 90 miljoen euro moeten de ‘krimpopleidingen’ blijven bestaan.
Kosten
De opleidingsinstellingen moeten stabiel worden qua kosten, dat is ook te lezen in de beleidsbrief van Bruins. Opleidingen worden nu vaak betaald naar de hoeveelheid studenten die ze hebben. Kleine opleidingen in krimpregio’s komen daardoor in de problemen.
Bezuinigingen
Bruins schrijft ook over de bezuinigingen in het onderwijs. Het kabinet Schoof wil zo’n 2 miljard euro gaan bezuinigen op het onderwijs. Na het aanpassen van de onderwijsbegroting bleef daar nog 1,2 miljard euro van over.
Verantwoordelijkheid nemen
Bruins verwacht dat de onderwijsinstellingen hun verantwoordelijkheid blijven nemen als het gaat om werkdruk, wetenschappelijke integriteit, diversiteit/inclusie en sociale veiligheid. De onderwijsinstellingen moeten minder administratieve lasten krijgen.
Zelf keuzes maken
De focus ligt dan wel op studies die nodig zijn voor de arbeidsmarkt, maar Bruins vindt het wel belangrijk dat studenten zelf hun keuzes kunnen maken voor een studie. “Voor studenten zou het goed zijn als er minder nadruk komt te liggen op maximale zelfontplooiing.” Bruint gunt jongeren onderwijs waarin ze kunnen ontdekken welke vaardigheden en talenten ze kunnen inzetten in de samenleving.
Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk
