Staatssecretaris Dekker maakte bekend dat de eindexamens vanaf 2016 eerst gecorrigeerd worden door een docent van een andere school. De eigen docent doet de tweede correctie. Nu is het nog andersom. Twee jaar geleden is er ophef geweest omdat docenten te coulant zouden zijn bij het nakijken van open vragen. Deze ophef is de aanleiding van het nieuwe plan. Dit meldt EenVandaag.
De VO-raad heeft al op tien middelbare scholen getest met de nieuwe opzet. Uit de test blijkt dat de docent van een andere school de eindexamens zorgvuldiger nakijkt. Ook de eigen docent kijkt daarna kritisch naar de eerste beoordeling, omdat het om 'zijn' of 'haar' eigen leerlingen gaat. Met deze resultaten heeft het ministerie besloten de nieuwe regel in te voeren, op advies van de VO-raad.
“Ik heb het meegemaakt dat leraren tegen me zeiden: 'heb je bij bepaalde leerlingen nog punten nodig om hem of haar te laten slagen?' Dat is toch fraude”, zegt Paul Hirsch, leraar Filosofie. Hij is dan ook blij met de invoering van het plan. Maar niet alle docenten staan erachter. Klaas Heemkerk, leraar Nederlands en actief binnen de Vereniging van Leraren in Levende Talen, is van mening dat het plan wantrouwen uitspreek naar leerkrachten. Heemkerk vindt dat er meer tijd moet komen voor het correctiewerk, dit moet de kwaliteit ten goede komen.
CNV Onderwijs is het met Heemkerk eens. “De examens worden op de eigen school gemaakt, als eigen docent kun je direct beginnen met nakijken. Als leraar van een andere school moet het eerst gekopieerd en toegestuurd worden, dus je verliest er zo een dag op. Als je echt de kwaliteit van de correctie wilt verbeteren, dan moet er ook meer tijd voor de correcties komen”, aldus Joany Krijt van CNV Onderwijs.
© Nationale Onderwijsgids