Tijdens het onderzoek hebben de leerlingen gekeken of de inhoud van een voedselpakket wel voldoet aan de aanbevolen hoeveelheid voedingsstoffen die mensen per dag binnen moeten krijgen. Op basis van de inhoud van voedselpakketten die door de voedselbank zijn verstrekt, berekenden de leerlingen de gemiddelde dagelijkse inname van de voedingsstoffen die voor een gezonde voeding van belang zijn.

Uit de resultaten bleek dat de producten uit de voedselpakketten al een groot deel van de aanbevolen hoeveelheid leveren. Aangezien het voedselpakket slechts bedoeld is als aanvulling op de normale boodschappen, is dit heel positief. Wel bleek de gemiddelde dagelijkse inname van zout, verzadigd vet, suikers en cholesterol wat aan de hoge kant te zijn en bevatten de onderzochte voedselpakketten maar weinig vitamine A, vitamine B12 en helemaal geen vitamine D. Deze vitaminen kunnen het makkelijkste aangevuld worden door dierlijke producten te consumeren, maar die zijn juist duur. Maar er zijn ook andere manieren om het tekort aan te vullen en daarvoor komen de leerlingen in het profielwerkstuk met aanbevelingen voor elke vitaminesoort.

Ook bedachten de leerlingen een gratis app die als hulpmiddel zou kunnen dienen bij de keuze voor aanvullende boodschappen. Want, zo concluderen de scholieren, een voedselpakket van de voedselbank vormt een goede basis, maar de producten die de voedselbankklant daarnaast zelf koopt, kunnen het verschil maken. Verschoor, lid van het bestuur van de voedselbank, is erg blij met het onderzoek van het tweetal. Hij noemt het ‘een indrukwekkend werk’ en de resultaten zullen dan ook daar waar mogelijk gebruikt worden bij het samenstellen van toekomstige pakketten.

© Nationale Onderwijsgids