Staatssecretaris Dekker van Onderwijs zegt dat scholen veel meer moeten gaan samenwerken om de gevolgen van krimp op te vangen. Tachtig procent van de Nederlandse scholen krijgt te maken met een sterk dalend leerlingenaantal. Dekker benadrukt dat scholen in actie moeten komen om de gevolgen op te kunnen vangen. Dat meldt NOS.
De VO-raad stelt dat er voor Dekker ook nog werk aan de winkel is. “Scholen zijn heus wel wakker, die weten wat er op ze afkomt. De staatssecretaris kan hen nu helpen door allerlei regels te schrappen, zoals de fusietoets, die samenwerking in de praktijk moeilijker maakt”, zegt voorzitter van de raad, Paul Rosenmöller.
In Maastricht worden alle middelbare scholieren de komende jaren op schooltype bij elkaar gezet. Zo komt er dus één school voor het vmbo, één voor de havo en één voor het vwo. “Het is beter één sterke school te hebben dan twee die het niet gaan redden”, zegt Dekker. Eerder liet de staatssecretaris al weten dat hij de regels gaat aanpassen zodat scholen gemakkelijker samen kunnen werken. “Ik ben op zich voorstander van brede gemeenschappen, maar als het niet anders kan, dan is de Maastrichtse oplossing een uitkomst. Het garanderen van onderwijs heeft de prioriteit”, pleit Dekker.
Karin Straus van de VVD is er niet gerust op dat alle besturen goed voorbereid zijn op de krimp. Zo komt de noodzakelijke samenwerking tussen scholen soms niet of te laat te stand, zegt Straus. Hierdoor dreigen scholen of schoolsoorten uit sommige te verdwijnen, waardoor er voor leerlingen (te) grote reisafstanden ontstaan. “In 72 procent van de gemeenten is er nu al geen of maar één middelbare school”, aldus Straus.
© Nationale Onderwijsgids
