Kinderen met een combinatie van hoogbegaafdheid en autisme worden vaak niet opgemerkt door professionals in het onderwijs en de geestelijke gezondheidszorg. Zij worstelen met foutieve diagnoses en gemiste diagnoses. Gz-psycholoog Agnes Veltmeijer ontwikkelde een nieuwe methodiek 'S&Z Heuristiek' wat de deur naar meer systematiek en minder eenzijdigheid in diagnostische processen van kinderen met hoogbegaafdheid en autisme opent. Dit meldt Blik op Hulp.
Veltmeijer onderzocht de combinatie van Intellectuele Hoogbegaafdheid met een autismespectrumstoornis (ASS) in relatie tot classificerende en handelingsgerichte diagnostiek. Tijdens een literatuurstudie hierover ontdekte ze een lichte trend van hoogbegaafden met autisme, echter zonder gefundeerde theorie. Zo kwam Veltmeijer tot de ontwikkeling van de 'S&Z Heuristiek'. De methodiek verbindt op systematische wijze de onderzoeksgegevens met interventie-indicaties. Het richt zich specifiek op interventies: welke interventies passen bij een kind met hoogbegaafdheid én autisme?
Bij twee empirische studies bekeek Veltmeijer of de psycho-educatieve praktijken in overeenstemming waren met de theoretische principes van de methodiek. Ze onderzocht daarbij ook of de diagnostische praktijktrajecten geoptimaliseerd moesten worden. Tevens analyseerde ze 36 dossiers van kinderen met een IQ van 130 of hoger. Hierbij toonde ze aan dat er in een groot deel van de dossiers een gebrek was aan systematiek en dat de bestaande systematieken te eenzijdig waren.
Een deel van de kenmerken van hoogbegaafdheid valt samen met de kenmerken van een ASS. Daarom bestaat de kans dat ze elkaar qua diagnostiek camoufleren. Door een gecombineerde diagnostiek toe te passen, kan dit worden ondervangen en wordt er een onderverdeling gemaakt in (neuro)cognitieve, didactische en sociaal-emotioneel dimensies. “Deze dimensies zouden ten grondslag kunnen liggen aan het leer- en sociale gedrag van individuele studenten met (een vermoeden van) de combinatie van hoogbegaafdheid en autisme, of deze kunnen verklaren. Bovendien impliceert het op deze wijze het bestaan van een 'grijs gebied' tussen hoogbegaafdheid met en zonder autismespectrumstoornis”, aldus Veltmeijer.
© Nationale Onderwijsgids