Het aantal middelbare scholieren die een reanimatieles van de Hartstichting heeft gevolgd, is in de afgelopen acht jaar opgelopen van 7000 (2013) tot 100.000 (2022). In diezelfde periode is het aantal middelbare scholen dat de reaniematielessen aanbiedt verviervoudigd. In totaal gaat het nu om 200 middelbare scholen. Door leerlingen vanaf 14 jaar bekend te maken met reanimatie, kan je de kans vergroten dat iemand een harstilstand overleefd. Dat meldt de Hartstichting.
Jongeren leren op school tijdens de zogenaamde 6-minutenles wat ze moeten doen bij een hartstilstand. Ze oefenen met hun docent alle stappen van het reanimeren en leren ook gebruik te maken van een AED. Een serious game is onderdeel van het lespakket, leerlingen kunnen dit thuis uitvoeren.
Fysiek en mentaal in staat om te reanimeren
Het lesprogramma van de Hartstichting is speciaal ontwikkeld voor leerlingen vanaf de 2e klas en hoger. Vanaf hun 14e zijn jongeren namelijk fysiek en mentaal in staat om reanimatiehandelingen uit te voeren. Zij willen juist leren wat ze moeten doen als een gezinslid een hartstilstand krijgt. In gemiddeld 70 procent van de gevallen vindt een reanimatie thuis plaats.
De eerste zes minuten zijn van levensbelang
In totaal zijn er in Nederland 900.000 scholieren en 645 instellingen in het voortgezet onderwijs. De Hartstichting moedigt ook de overige scholen aan om de lessen te gebruiken. De eerste 6 minuten bij een hartstilstand zijn namelijk van levensbelang. Hoe sneller er wordt gestart met reanimeren en hoe sneller er een AED aangesloten wordt, hoe groter de kans om te overleven.
Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk