De Universiteit van Amsterdam (UvA) en Oxford hebben een onderzoek uitgevoerd om te kijken of de leesvaardigheid van ouders voorspellend is voor die van hun kinderen. Ook werden de mogelijke oorzaken van dyslexie bekeken. Uit het onderzoek blijkt dat kinderen in de leessnelheid lijken op hun ouders. Ook laat het onderzoek zien dat nog niet alle cognitieve oorzaken van dyslexie bekend zijn. Dat meldt het de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).
Het onderzoek is uitgevoerd onder ruim 1.200 bezoekers aan technologiemuseum NEMO in Amsterdam. Wat blijkt is dat leessnelheid genetisch wordt doorgegeven. Dit zou ook inhouden dat kinderen van ouders met dyslexie een groter genetisch risico op dyslexie hebben.
Tijdens het onderzoek is eerst gekeken hoe snel ouders en kinderen kunnen lezen. Daarna hebben de onderzoekers drie korte testjes uitgevoerd waarin gemeten werd welke cognitieve vaardigheden van belang zijn om snel te kunnen lezen. Zo werd er gekeken hoeveel letters kinderen in één oogopslag kunnen zien, hoe snel een kind visuele informatie kan koppelen aan spraakklanken en hoe goed een kind klanken in gesproken woorden kan herkennen en manipuleren.
Uit het onderzoek blijkt dat leesvaardigheid van ouders een goede indicator is voor het genetisch risico dat kinderen lopen op dyslexie. Nu krijgen kinderen met ernstige leesproblemen alleen een behandeling voor dyslexie vergoed als zij problemen hebben met de bekende cognitieve vaardigheden. De onderzoekers pleiten dat alle kinderen met een zeer ernstig leesprobleem de dyslexiebehandeling vergoed moeten krijgen, omdat de leesproblemen ook kunnen komen door nog niet bekende cognitieve tekorten.
© Nationale Onderwijsgids