(Novum) - Wetenschappers maken zich zorgen over het toenemende aantal tijdelijke contracten op universiteiten. De kwaliteit van onderwijs en onderzoek gaat achteruit als steeds minder mensen een vast contract hebben, stelt de vakorganisatie van universiteitspersoneel VAWO dinsdag in de Volkskrant.
In 1995 had nog zo'n twintig procent van de wetenschappers een tijdelijk contract. In 2012 was dat al rond de veertig procent. Als ook promovendi worden meegeteld, heeft zestig procent een tijdelijk contract.
De toename komt volgens de krant door de manier waarop wetenschappelijk onderzoek wordt gefinancierd. Het vaste bedrag dat universiteiten van het ministerie van Onderwijs krijgen is steeds lager. Ze moeten zelf met projectvoorstellen geld zien los te peuteren bij organisaties of bedrijven. Die projecten lopen steeds maar enkele jaren, waardoor het voor universiteiten riskant is iemand een vast contract te geven. Als geen nieuwe opdrachten worden binnengehaald, zitten ze nog steeds met hoge loonkosten.
Het gevolg is dat wetenschappers in onzekerheid verkeren en vaak van universiteit naar universiteit zwerven. Ook de kwaliteit van de universiteiten lijdt hieronder, stelt vakorganisatie VAWO. "Voor goed onderzoek en goed onderwijs is continuïteit nodig. Dat gaat een stuk lastiger als iedereen maar een paar jaar blijft", stelt bestuurslid Marijtje Jongsma in de krant.
De koepel van universiteiten VSNU ziet geen probleem. Onderzoek zou alleen competitiever zijn geworden. "Wetenschappers strijden met elkaar om de pot met geld", zegt een woordvoerder in de krant.