Normal_muis_rat_dierproef_laboratorium_wetenschap_onderzoek

(Novum) - Het aantal dierproeven is in 2013 afgenomen met 10,6 procent in vergelijking met 2012. Er waren minder proeven met muizen, ratten, konijnen, runderen, varkens en apen. Ook waren er 3,8 procent minder dierproeven op genetisch gemodificeerde dieren. Ruim de helft van de proeven werd gedaan voor wetenschappelijk onderzoek. Dit melden Novum en de NOS. 

Dat heeft staatssecretaris van Economische Zaken Sharon Dijksma (PvdA) woensdag aan de Tweede Kamer gemeld op basis van een rapport van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Ze is blij met de daling. "Hiermee zijn we op de goede weg. Die weg wil ik verder bewandelen."

In 2013 werden ruim 526.000 dierproeven geregistreerd. Dit is 10,6 procent minder dan in 2012. Opmerkelijk is wel dat er meer proeven uitgevoerd werden met reptielen. Ruim de helft van de proeven werden voor wetenschappelijk onderzoek gedaan. 33 procent van de proeven was om een sera, vaccin of geneesmiddel te ontwikkelen, produceren of controleren. Ruim 7 procent van de proeven was bedoeld om de mogelijke schadelijkheid van stoffen te onderzoeken. 

De NVWA voerde 212 inspecties uit. Vier schriftelijke waarschuwingen werden verstrekt omdat onderzoekers de dieproevenvoorschriften niet naleefden. Twee organisaties kregen te horen dat hun vergunning wordt ingetrokken als ze nog eens de fout in gaan.